Veel vlinders zijn er niet in de winter. De meeste soorten zijn ei, rups of pop in deze koude periode. Toch komen de afgelopen dagen bij De Vlinderstichting meldingen binnen: “Ik heb een vlinder in mijn huis, wat moet ik ermee doen?“ Het klinkt misschien gek, maar zo’n vlinder moet je zo snel mogelijk buiten zetten!
Barre tijden
In Nederland is de winter voor vlinders een ongunstige en gevaarlijke tijd. Het is koud en er is geen voedsel (nectar) van bloeiende planten. De meeste vlinders in Nederland overwinteren als ei, rups of pop. Ze houden zich stil en wachten op betere tijden. Sommige vlinders trekken naar Zuid-Europa. En er zijn ook nog vlinders die een winterslaap houden. Deze vlinders glippen soms per ongeluk onze huizen binnen.
Hoe overwinteren vlinders?
Er zijn vier soorten die in Nederland als vlinder overwinteren: de dagpauwoog, de kleine vos, de gehakkelde aurelia en de citroenvlinder. Ze verschuilen zich, als het kouder wordt, in een schuurtje, een bunker of een houtstapel. Daar wachten ze af tot het weer voorjaar wordt. Soms komt zo’n overwinteraar per ongeluk in je huis terecht: zet hem dan rustig buiten. Hij zal dan zelf een goede plek zoeken om te gaan overwinteren.
Meer over vlinders in de winter