FAQ

Alles over libellen

Welke soort heb ik gezien?

Heb je een vraag over welke soort je hebt gezien? Determineer de foto met de Obsidentify app (Nederlandse soort) of iNaturalist app (buitenlandse soorten) of stuur de foto naar onze deskundige vrijwilligers bij vragen@vlinderstichting.nl.

Hebben libellen nut?

Dit is een veelgestelde, maar moeilijk te beantwoorden vraag. Wat wordt immers bedoeld met ‘nut’? Meestal wordt bedoeld: het nut voor mensen. In dat opzicht is het nut van libellen beperkt. Libellen worden in Europa niet gebruikt als bron van voedsel of medicijnen voor mensen. Veel mensen beleven echter wel plezier aan het bekijken van libellen en het feit dat ze muggen eten wordt meestal ook als positief ervaren. In andere werelddelen staan libellen en hun larven wel regelmatig op het menu van mensen, net als veel andere insecten. 

Belangrijker is misschien de vraag: welke rol spelen libellen in de natuur? Libellen staan ergens halverwege de voedselketen: het zijn rovers en dragen dus bij aan het onder controle houden van de aantallen van kleine insecten. Anderzijds worden libellen gegeten door vele andere dieren: vogels, vissen, kikkers, salamanders, hagedissen, (spits)muizen, wespen, mieren, andere libellen, spinnen, enzovoorts. Sommige vogels, zoals boomvalken en kwikstaarten, zijn zelfs gespecialiseerd in het vangen van libellen. Libellen hebben dus een veelzijdige functie in het ecosysteem, zowel boven als onder water. 

Tot slot kunnen libellen gezien worden als graadmeters voor de kwaliteit van waterrijke natuurgebieden. Het voorkomen van veel verschillende libellensoorten wijst op veel variatie in water- en oevervegetatie, een goede waterkwaliteit en goed beheer. Andersom kan het ontbreken van bepaalde libellensoorten helpen bij het opstellen van doelen voor natuurbeheer. 

Hoe oud kan een libel worden?

Libellen leven als larve één of enkele jaren onder water, voordat ze een imago worden. Een imago is het volwassen, vliegende insect waar we het eerst aan denken bij het woord ‘libel’. Imago’s worden afhankelijk van de soort en de weersomstandigheden slechts enkele weken tot enkele maanden oud. Juffers leven gemiddeld korter dan ‘echte’ libellen. De bruine en noordse winterjuffer zijn hierop een uitzondering, dit zijn de enige twee soorten in Nederland die als imago overwinteren, waardoor ze zo’n acht maanden oud kunnen worden. In de korte tijd die libellen hebben als imago, moeten zij jagen, geslachtsrijp worden, een partner vinden, paren en eitjes afzetten. De meeste libellen sterven enkele dagen na de voortplanting.

Kunnen libellen steken of bijten?

Dit is en blijft een hardnekkige mythe! Libellen kunnen niet steken of bijten. Om te steken hebben ze simpelweg de middelen niet: libellen hebben geen angel. Libellen hebben wel kaken, waarmee ze insecten fijnkauwen. Deze kaken zijn bij de meeste soorten te zwak om door de menselijke huid heen te komen. De grootste soorten (zoals grote keizerlibel) kunnen dit wel, maar ze zullen dit nooit als verdedigingsmechanisme gebruiken. Pas als je ze vangt, in de hand houdt en een vinger tegen de kaken aanhoudt, maken ze happende bewegingen als reflex. Alleen bij de grote soorten zou dit dus een sneetje kunnen opleveren. Volgens sommige fabeltjes zouden libellen scherpe vleugels hebben waarmee ze je kunnen snijden, of ze zouden eitjes kunnen leggen onder je huid. Dit is allemaal niet waar. Spannende libellennamen als paardenbijter en glassnijder zijn gebaseerd op associaties en bijgeloof, niet op feiten. 

Is een juffer ook een libel?

Ja. De orde der libellen (Odonata) bestaat uit twee onderorden: de juffers en de ‘echte’ libellen. De ‘echte’ libellen worden echter vaak kortweg ‘libellen’ genoemd, waardoor soms spraakverwarring optreedt. Met ‘libellen’ kan dus zowel de hele groep inclusief juffers worden bedoeld, of alleen de ‘echte’ libellen. Op deze site bedoelen we met ‘libellen’ meestal de hele groep. 

Wat is het verschil tussen juffers en echte libellen?

Libellen worden in twee groepen onderverdeeld: de waterjuffers en de echte libellen. Juffers zijn slanke en meestal kleine libellen die rustig vliegen. Hun voor- en achtervleugels hebben dezelfde vorm: ze heten daarom ook wel de gelijkvleugeligen. Het lantaarntje, de azuurwaterjuffer en de vuurjuffer zijn waterjuffers die in veel tuinen voorkomen. 

De ‘echte’ libellen zien er veel robuuster uit. Het zijn vaak goede en snelle vliegers en de achtervleugel is breder dan de voorvleugel. De blauwe glazenmaker en de platbuik zijn voorbeelden van ‘echte’ libellen die bij tuinvijvers vaak gezien worden.

Hoe krijg ik meer libellen in mijn tuin?

Libellen zijn erg mobiel en verschijnen dan ook snel wanneer de omstandigheden geschikt zijn. Het lantaarntje bijvoorbeeld, zal de weg naar jouw vijver snel weten te vinden! Lees op deze pagina alles over een libelvriendelijke vijver en tuin. 

Wat is de grootste libel?

De grootste libel van Nederland is de gewone bronlibel. Deze zeldzame soort kan tot 8,5 cm lang worden. De grote keizerlibel is veel algemener en komt op een goede tweede plaats: maximaal 8,4 cm lang. 

De grootste libel ter wereld is de oerlibel (Petalura ingentissima) uit Australië, met een lengte van 12,5 cm. De reuzenjuffer (Megaloprepus caerulatus) uit Midden- en Zuid-Amerika heeft de grootste spanwijdte: 19 cm. Meer dan 300 miljoen jaar geleden (in het Carboon) vlogen reusachtige libelachtige insecten rond, waarvan sommige een spanwijdte hadden van meer dan 70 cm: ongeveer zo groot als een kraai! 

Wat is de kleinste libel?

De kleinste libel van Europa is de dwergjuffer, die nooit langer wordt dan 26 mm. In Nederland kwam deze soort vroeger voor, maar nu is hij uit ons land verdwenen. De kleinste libel die nu nog in ons land rondvliegt is de tengere grasjuffer: 26 tot 31 mm lang. De kleinste ‘echte’ libel van Nederland is de zwarte heidelibel, die 29 tot 34 mm lang wordt. 

De kleinste libel van de wereld is Nannophya pygmaea, een ‘echte’ libel met een lengte van slechts 15 mm en een spanwijdte van 20 mm. Dit beestje vliegt rond in Azië. 

Wat eet een libel?

Libellen eten allerlei kleine en meestal vliegende insecten: muggen, vliegjes, motjes, enzovoorts. Soms vangen ze ook grotere insecten, zoals vlinders en elkaar… 

Libellenlarven eten onder water allerlei waterbeestjes die kleiner zijn dan zijzelf, variërend van watervlooien tot kleine visjes.

Hoeveel libellensoorten zijn er in Nederland?

In Nederland zijn 71 libellensoorten waargenomen. Dat is een relatief hoog aantal, zeker als je bedenkt dat er in het veel grotere Duitsland zo’n 80 soorten zijn waargenomen. In Noordwest-Europa als geheel ligt het aantal op ongeveer 95. Niet alle 71 soorten komen nu ook nog voor in Nederland. Enkele soorten zijn uit ons land verdwenen en enkele andere hebben ons land alleen als zwerver een keer bezocht. Waarschijnlijk kent Nederland 64 soorten die zich daadwerkelijk hier voortplanten. 

Hoe leer ik meer over libellen?

Een goed begin om meer over libellen te leren is door eens op deze website rond te klikken! Er staat veel informatie over verschillen tussen juffers en libellen, gelijkende soorten, wat goede libellengebieden zijn, etc. Natuurlijk kun je ook een libellenboek of -gids kopen, welke ook te vinden zijn op onze website bij Producten.  Er zijn ook gratis herkenningskaarten beschikbaar.  

En omdat het fijn is om samen enthousiast te zijn en je samen sneller leert, kun je ook kijken of er een libellen- of insectenwerkgroep bij jou in de buurt is. Nieuwe leden zijn hier altijd welkom! Op de agenda kun je ook zien of er een lezing bij jou in de buurt is. Op Facebook zijn ook forums te vinden waar je je foto’s kunt laten zien en op naam brengen; dit kan ook op het forum van waarneming.nl 

Wil je je echt gaan verdiepen in de wereld van libellen? Overweeg dan om één of meerdere online libellencursussen te volgen.

Welke libellen kan ik in de tuin verwachten?

Veel voorkomende libellen bij tuinvijvers zijn: gewone pantserjuffer, houtpantserjuffer, lantaarntje, azuurwaterjuffer, variabele waterjuffer, vuurjuffer, kleine roodoogjuffer, blauwe glazenmaker, platbuik, viervlek, bloedrode heidelibel, bruinrode heidelibel en steenrode heidelibel. Ook paardenbijters vliegen vaak door de tuin, hoewel ze zich niet vaak in tuinvijvers voortplanten. 

De blauwe glazenmaker is de meest opvallende verschijning. Deze grote libel (die ondanks de naam meer groen is dan blauw!) vliegt vanaf juli door de tuin, in een rustig tempo en vaak laag boven de grond. Ze ‘onderzoeken’ alle uithoeken van de tuin en kunnen daardoor regelmatig in huis terecht komen, waar ze met veel rumoer tegen het raam aanvliegen. Ook vallen ze regelmatig ten prooi aan huiskatten.

Alles over vlinders

Hoeveel soorten vlinders zijn er in Nederland?  

In Nederland leven meer dan 2400 soorten vlinders, maar dat zijn niet allemaal dagvlinders. Een groot deel daarvan zijn nachtvlinders of micro-vlinders (heel kleine vlindertjes). Er leven nu nog 53 soorten dagvlinders in ons land, en er zijn er al 17 verdwenen uit Nederland. Dat komt bijvoorbeeld doordat hun leefgebieden aangetast zijn. De Vlinderstichting wil voorkomen dat er nog meer vlinders verdwijnen en zet zich in voor het behoud van vlinders in Nederland.  

Welke soort heb ik gezien?

Heb je een vraag over welke soort je hebt gezien? Determineer de foto met de ObsIdentify app (Nederlandse soort) of iNaturalist app (buitenlandse soorten) of stuur de foto naar onze deskundige vrijwilligers via vragen@vlinderstichting.nl.  

Wat is het verschil tussen dagvlinders en nachtvlinders?

Het verschil tussen dag- en nachtvlinders lijkt heel simpel: dagvlinders vliegen overdag en nachtvlinders ’s nachts. Maar dat is niet helemaal waar, want er zijn ook nachtvlinders die overdag vliegen. Die noemen we ‘dagactieve nachtvlinders’.
Je kunt het zien aan de manier waarop ze hun vleugels vouwen en aan het knopje op hun voelsprieten. 

Lees meer over de verschillen tussen dagvlinders en nachtvlinders

Wat eet een vlinder?

De meeste vlinders eten van de nectar die in bloemen zit. In nectar zit een heleboel energie, die vlinders nodig hebben om te kunnen vliegen en eitjes te leggen. Er zijn ook vlindersoorten die de voorkeur geven aan rottend fruit, bijvoorbeeld de atalanta (algemeen in Nederland) en de rouwmantel (zeldzaam in Nederland). Weerschijnvlinders houden van zweet van mensen en dieren. Deze vlinders kunnen dus nog wel eens op je arm gaan zitten.

Wat eet een rups?  

Rupsen zijn erg kieskeurig: vaak lusten ze maar één soort plant! De meeste vlinders leggen hun eitjes dan ook op planten die later door de rups gegeten zullen worden. Deze planten noemen we de waardplanten van de vlinder. Meestal zijn dit wilde plantensoorten.  

Lees meer over voedsel voor rupsen

Hoe oud kan een vlinder worden? 

Hoe oud een vlinder wordt is heel verschillend. De citroenvlinder kan bijna een jaar oud worden (als vlinder). Dat komt doordat de citroenvlinder ook in de winter vlinder is en geen eitje, rups of pop. De meeste vlinders worden veel minder oud, maximaal twee tot drie weken. Er zijn er ook die als vlinder maar één of enkele dagen leven. Als deze vlinders dan goed hebben kunnen vliegen, dan hebben ze zich ook goed kunnen verspreiden en voortplanten, dat is wat de voornaamste reden van hun bestaan is.

Hoe lang duurt het voor een pop in een vlinder verandert?  

Dat is heel verschillend, want er zijn een heleboel verschillende soorten vlinders. En soms kan het zelfs binnen één soort verschillen, zoals bij het groot koolwitje. In de zomer duurt het iets meer dan een week tot het koolwitje uit de pop kruipt. Maar in de winter overwintert hij als pop en dan duurt het veel langer, wel 160 tot 330 dagen. 

Lees meer over de levenscyclus van vlinders

Hoe groot is de grootste vlinder ter wereld?  

De grootste vlinder is de atlasvlinder. Deze vlinder leeft in Zuidoost-Azië en heeft een spanwijdte van 25-30 cm.  

Wat is de grootste vlinder van Nederland? 

De grootste dagvlinder van Nederland is de koninginnenpage. Deze vlinder kan 8 tot 10 cm groot worden.  

De grootste nachtvlinder in Nederland is de ligusterpijlstaart, die wel 10 cm groot kan worden.  

Bekijk alle vlinders

Leggen rupsen eitjes? 

Nee, rupsen leggen geen eitjes, want ze zijn het larvale stadium van de vlinder. In de levenscyclus van de vlinder is dit beschreven.   

Maar soms lijken er wel een soort ‘eitjes’ bij rupsen aanwezig te zijn. Dit zijn echter:  

a. poepjes van de rupsen. Rupsen eten echt heel veel (tenzij ze op het punt van vervellen staan) en poepen dan ook veel, meestal zwarte keutels.  

OF  

b. poppen van parasieten. Parasieten zijn vaak sluipwesplarven die van binnenuit de nog levende rups opeten. Als ze zich verpoppen kunnen ze uit de rups knappen en dan ligt er een hoopje poppen die mogelijk ook aangezien kunnen worden voor eitjes.

Lees meer over de levenscyclus van vlinders

Hoeveel eitjes legt een vlinder? 

Het aantal eitjes dat een vlinder legt verschilt heel sterk per soort. De ene soort legt maar weinig eitjes. De eikenpage legt bijvoorbeeld gemiddeld maar 20 eitjes. Het groot koolwitje daarentegen kan er wel 1000 leggen! Vlindereitjes zijn erg klein, dus je zult ze niet vaak zien.  

 Vlinders leggen hun eitjes ook allemaal op een andere manier. Het oranjetipje legt maar 1 eitje per plant, de dagpauwoog legt tot wel 300 eitjes bij elkaar en het landkaartje maakt strengetjes van eitjes onder een blad. Er zijn ook soorten waarvan de vrouwtjes de eieren gewoon laten vallen, de rupsen moeten dan zelf op zoek gaan naar de geschikte waardplant. Meestal zijn dit rupsen die van verschillende soorten planten kunnen leven. Sommige zandoogjes, waarvan rupsen op diverse grassen leven, laten hun eitjes vallen in een grasland en daar vinden de rupsen snel de juiste waardplant. 

Lees meer over vlindereitjes

Wat is de zeldzaamste vlinder in Nederland?

Er is niet één zeldzaamste vlinder van Nederland, maar een aantal soorten die nog maar één populatie in Nederland hebben. Dit zijn de kleine heivlinder, donker pimpernelblauwtje en het pimpernelblauwtje. Het zou heel jammer zijn als deze soorten niet meer bij ons zouden rondvliegen. Van het veenbesblauwtje, veenbesparelmoervlinder en het veenhooibeestje zijn meer dan één populatie, maar die zijn zeer klein: vliegen op die locaties maar enkele tientallen exemplaren. 

Bekijk alle vlinders

Hoe kan ik de vlinders helpen?  

Word donateur van De Vlinderstichting; dankzij onze donateurs kunnen wij vlinders nog beter beschermen! Of ga zelf aan de slag, je kan de vlinders helpen door je tuin vlindervriendelijk te maken.  

Help de vlinders

Hoe zien de vleugels van een vlinder eruit? 

Vlinders behoren binnen de insecten klasse tot de orde van Lepidoptera. De letterlijke vertaling is ‘schubvleugeligen’.   

Als je de vleugels van vlinders van dichtbij bekijkt, bijvoorbeeld door een vergrootglas of een microscoop, dan zie je allemaal kleine schubjes, net als bij vissen. Die schubjes hebben een bepaalde kleur, bijvoorbeeld rood of geel. Dit komt doordat ze op verschillende wijze licht weerkaatsen, zo krijgen ze de voor ons zichtbare kleuren en tekening. Soms zie je een vlinder die minder kleurig is en er een beetje versleten uit ziet. Dan heeft de vlinder al een hele tijd gevlogen en is hij een deel van de schubjes kwijt.  

Lees meer over de vleugels

Hoe krijg ik meer vlinders in mijn tuin? 

Vlinders naar de tuin lokken is helemaal niet moeilijk, als je maar kijkt door vlinderogen. Je tuin kan veel meer zijn dan een ‘kroeg’ voor vlinders: met een paar simpele aanpassingen wordt het een supermarkt en thuis, waar vlinders hun hele levenscyclus kunnen doorlopen.  

Maak je tuin vlindervriendelijk

Waar blijven vlinders in de winter? 

Als het in september en oktober weer kouder wordt, gaan de vlinders in winterrust. De meeste vlinders in Nederland brengen de winter door als eitje, rups of pop. Een paar brengen de winter door als vlinder. Voor sommige vlinders is het te koud in Nederland in de winter, deze trekvlinders overwinteren in een warm land. 

Lees alles over vlinders in de winter

Waarom hebben vlinders kleuren?

Er zijn verschillende redenen waarom vlinders kleuren hebben. De kleuren kunnen een waarschuwing zijn voor vlinder-etende dieren om aan te geven dat ze giftig zijn. De sint-jacobsvlinder is hier een voorbeeld van. De rups van deze nachtvlinder is geel-zwart gestreept en de vlinder zwart met fel rood om duidelijk te maken dat hij giftig is.  

Er zijn ook vlinders die met hun kleuren andere dieren laten schrikken. De dagpauwoog bijvoorbeeld heeft ogen op de vleugels. Als een vogel zo’n vlinder wil opeten, dan opent de dagpauwoog zijn vleugels. De vogel ziet de ogen en schrikt daarvan waardoor de vlinder snel weg kan vliegen.  

Andere kleuren geven de vlinder camouflage, zodat hij tegen een bepaalde achtergrond niet meer zichtbaar is. Dikkopjes zijn bijvoorbeeld bruin, zodat je ze bijna niet ziet in het hoge gras.  

Lees meer over vlinderkleuren

Waarom houden vlinders van de zon?

Net zoals alle andere insecten, is een vlinder een koudbloedig dier. Dat betekent dat ze niet, zoals wij, een constante temperatuur van bijvoorbeeld 37 graden hebben. Hun temperatuur is afhankelijk van de temperatuur van de omgeving, en dus hebben ze de zon nodig om warm te worden. Want pas als het warm is, worden ze actief en kunnen ze vliegen. 

Een dagvlinder kan pas vliegen als z’n lichaamstemperatuur tenminste 20 graden is, maar 30 graden is beter. Op een zonnige warme dag is dat geen probleem: door met zijn vleugels wijduit te gaan zitten, vangt de vlinder zoveel mogelijk zonnewarmte op. Als hij warm genoeg is, sluit hij zijn vleugels weer of gaat een eindje vliegen.  

Vooral op beschutte plekjes kan het lekker warm worden. Daarom kun je vlinders vaak vinden in de beschutting van struiken, heggen, houtwallen of bosranden. Op koude, bewolkte dagen houden ze zich schuil. 

Waarom zijn er nog maar zo weinig vlinders? 

Er leven nu nog 53 soorten dagvlinders in ons land, en er zijn er al 17 verdwenen uit Nederland. Dat komt bijvoorbeeld doordat hun leefgebieden aangetast zijn. In Nederland wonen een heleboel mensen dicht op elkaar en is er nog maar weinig ruimte voor vlinders. In intensief gebruikte gebieden is geen plaats voor vlinders en ook de overgebleven natuurgebieden zijn klein en hebben last van teveel stikstof, verdroging en versnippering. Mogelijk spelen bestrijdingsmiddelen ook een negatieve rol.  

De Vlinderstichting wil voorkomen dat er nog meer vlinders verdwijnen en zet zich in voor het behoud van vlinders in Nederland.

Lees hoe je kunt helpen

Wat is het nut van vlinders? 

Vlinders bestuiven de bloemen wanneer ze bloemen bezoeken om nectar te zuigen. Verder eten heel wat andere dieren de rupsen, poppen en vlinders, waardoor ze hun nut hebben als voedsel voor die dieren. Ook kan de aanwezigheid van vlinders in een bepaald gebied iets zeggen over dat gebied, dat noemen we ‘indicatoren’.  

Indicatoren  

Sommige soorten zijn heel gevoelig voor veranderingen in de omgeving waar ze leven. Als een soort op een bepaalde plek voorkomt, dan kan dat een teken zijn dat het daar goed gaat met de natuur. Andersom kan het verdwijnen van een soort aangeven dat het niet goed gaat met de natuur. Ook zijn de rupsen gebonden aan bepaalde planten als voedselplant, zodat het voorkomen van een soort vlinder ook iets zegt over het voorkomen van een plant.  

En verder zijn vlinders natuurlijk erg mooi en onderdeel van de biodiversiteit!

Hoe moet ik mijn waarnemingen doorgeven? 

Het ligt eraan waar en hoe je de waarnemingen hebt gedaan. Kijk vooral wat het beste bij je past!

Heb je een meetnet route waarbij je steeds op dezelfde plek alle vlinders hebt geteld? Deze geef je door via meetnet.vlinderstichting.nl en niet via waarneming.nl. Invoeren kan ook via de app.

Heb je alle vlinders op een route geteld maar is de route niet altijd hetzelfde? Deze flextellingen kan je bij verschillende apps doorgeven. Met de ButterflyCount kun je bijvoorbeeld in heel Europa terecht, met Obsmapp kun je elke willekeurige soortgroep tellen en met de LiveAtlas via Avimap kun je tegelijkertijd de ene soortgroep wel en de andere niet compleet tellen.

Gaat het om losse waarnemingen die je hebt gedaan? Zag je bijvoorbeeld een bijzondere of interessante soort die je graag met ons zou delen? Er zijn in Nederland veel manieren om natuurwaarnemingen online in te voeren en op te slaan:  

  • Sommige mensen houden van het competitie-element in Waarneming.nl. Ook anderen kunnen dan zien wat u hebt doorgegeven.  
  • Anderen hebben alles graag bij elkaar in Telmee, waar je ook buitenlandse waarnemingen in kunt invoeren.  
  • Via iNaturalist is het ook mogelijk om op de hele wereld waarnemingen door te geven.  

Als je de waarnemingen via een van bovenstaande sites invoert, dan komen die meteen ten goede aan onderzoek en bescherming.  

Hoe kweek ik zelf een rups op? 

Als je een rups op een plant gevonden hebt, kan je proberen hem zelf in een bak te laten verpoppen. Maar dat is niet altijd even makkelijk!  Zorg dat je de plant waarop de rups zat als voedsel aanbied. Grote rupsen, die niet op een plant zitten maar rondkruipen zijn waarschijnlijk op zoek naar een plek om te verpoppen. Laat die gewoon rustig zoeken.  

Lees meer over het verzorgen van rupsen

Zijn er mannelijke en vrouwelijke rupsen? 

Jazeker! Rupsen zijn mannelijk of vrouwelijk, maar meestal kun je dat niet zien. Bij sommige soorten uit het geslacht bladrollers (micro-nachtvlinders) is dit wel te zien, omdat de huid van het laatste rupsenstadium nog doorschijnend is. In het laatste rupsenstadium zijn namelijk in het 5e of 6e achterlijfssegment de (onvolgroeide) mannelijke testikels ontwikkeld. Deze zijn bij rupsen met transparante huid als een paar gele organen zichtbaar. Hierdoor zou men onderscheid kunnen maken tussen de mannelijke en vrouwelijke rupsen. Dit is bijvoorbeeld het geval bij de vruchtbladroller en de grote appelbladroller. Bij bekende dagvlinders en macro-nachtvlinders is dit helaas niet te zien, deze soorten hebben namelijk een dikke huid ter bescherming of zijn gekleurd voor camouflage.  

Bij de plakker en de nonvlinder hebben vrouwelijke rupsen meestal één rupsstadium meer dan de mannelijke. Maar de vrouwelijke rupsen kunnen ook langer blijven doorgroeien in het 5e larve stadium, zoals bij de sleedoornpage. Daardoor groeien de vrouwelijke rupsen langer door en worden ze ook groter als pop en vlinder. Hierdoor vliegen ze tevens later dan de mannelijke vlinders. 

Lees meer over seksuele dimorfie (verschillen in uiterlijk)

Waarom fladderen vlinders? 

Algemeen wordt aangenomen dat vlinders fladderen om zo hun vijanden, zoals vogels, in verwarring te brengen. Ze zijn op die manier in de lucht onberekenbaar in hun gedrag. Trekvlinders daarentegen vliegen als ze op trek zijn meestal in een rechte lijn, want dat is voor hen het meest efficiënt om een grote afstand af te leggen. Ze vliegen dan wel met een hoge snelheid om hun vijanden te kunnen ontlopen. 

Hoe kunnen vlinders vliegen? 

Hoe kunnen vlinders toch vliegen met die grote vleugellappen? Dat doen ze door de vleugels niet als plat vlak te bewegen, maar eerst met de vleugelpunt en dan met de rest van de vleugel. In deze film van enkele nachtvlinders is dat goed te zien. 

Eikenprocessierups

Als de keuze gemaakt moet worden tussen preventieve bestrijding met aaltjes of bacteriepreparaten, wat is dan de beste optie?

Wanneer nematoden vroeg in het voorjaar worden toegepast (tot het moment dat het blad uit de knoppen van de eik komt) is er beperkte kans dat rupsen van andere nachtvlinders dan de eikenprocessierups getroffen worden. Bacteriepreparaten worden in de boom gespoten als de eik in blad staat, een moment waarop al tientallen nachtvlinders als rups in de eiken zitten. Bovendien blijven bacteriepreparaten langer actief (ca. 10 dagen) dan nematoden (max. 1 dag) en kunnen op de begroeiing onder de eiken terecht komen. Daarom zijn nematoden te prefereren boven bacteriepreparaten (zoals Xentari).

Het bestrijdingsmiddel tegen de eikenprocessierups was toch verboden?

De Vlinderstichting heeft met succes bezwaar gemaakt tegen het gebruik van Vertimec. Dit bestrijdingsmiddel wordt in de boom gespoten, blijft daar lang aanwezig en is ook dodelijk voor veel andere insecten. De biologische middelen waar het in deze kaart om gaat, een bacteriepreparaat en aaltjes, mogen wel gebruikt worden en zijn toegelaten door het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (CTGB).

Die bestrijdingsmiddelen zijn toch biologisch, waarom is De Vlinderstichting er dan toch geen voorstander van?

De gebruikte middelen zijn inderdaad biologisch en werken maar een beperkte tijd. Het probleem met zowel het bacteriepreparaat (XenTari) als de aaltjes (nematoden) is dat ze niet selectief werken op alleen de rupsen van de eikenprocessierups, maar alle rupsen die op moment van spuiten in de eiken zitten worden gedood. Daarmee richten ze flink wat onnodige schade aan onze biodiversiteit aan.

Gaan (jonge) vogels dood van die biologische bestrijdingsmiddelen?

Voor zover we weten werken de gebruikte middelen alleen tegen rupsen en gaan vogels er niet direct aan dood. De middelen werken wel op alle rupsen in de behandelde eiken en dat betekent dat er daar geen voedsel meer is voor de vogels. Als er grootschalig wordt gespoten betekent dit dat er veel minder jonge vogels groot zullen worden.

Jullie maken beheerkaarten voor gemeenten waar ze niet mogen spuiten. Mag het van jullie daarbuiten dus wel?

De beheerkaarten geven aan waar beschermde soorten voorkomen en waar vanuit de Omgevingswet niet gespoten mag worden. Als Vlinderstichting willen we dat de biologische bestrijding met bacteriepreparaten en aaltjes niet of alleen in uitzonderlijke gevallen en kleinschalig wordt toegepast als het niet anders kan.

Mag er overal met biologische middelen gespoten worden?

Nee, niet overal. Zo mogen de middelen niet worden gebruikt op plekken waar wettelijk beschermde vlindersoorten voorkomen. Veel gemeenten gebruiken daarvoor de beheerkaart van De Vlinderstichting. In beschermde natuurgebieden (Natura2000) waar beschermde dieren voorkomen kan de behandeling schadelijk zijn en dus niet toegestaan. De middelen mogen niet in het oppervlaktewater komen, dus mogen niet gebruikt worden bij watergangen.

Wat kan ik doen als ik constateer dat men in overtreding is?

Je kunt beginnen met de gemeente of andere verantwoordelijke instantie erop te wijzen. Mocht er op je melding bij de verantwoordelijke instantie niet adequaat gehandeld worden dan is het mogelijk om vervolgens melding te maken bij je provincie en/of de NVWA via het gebruikersportaal op hun websites. Je kunt er een handhavingsverzoek indienen. Als er gespoten wordt binnen 5 meter van een watergang kun je een klacht indienen bij het Waterschap; dat gaat over de kwaliteit van het water.

Wat moet er nog meer gebeuren om ervoor te zorgen dat de overlast van de eikenprocessierups minder wordt?

Eikenprocessierupsen hebben voorkeur voor losstaande bomen zonder veel ondergroei. Als we zorgen voor meer hoger opgaande plantengroei en struiken hebben ze minder goede voortplantingsplekken. Als er een bloemrijke plantengroei onder de bomen is komen er meer natuurlijke vijanden en is de kans op plaagvorming kleiner.

Wat vindt De Vlinderstichting een goede manier van aanpakken van de eikenprocessierups?

De Vlinderstichting is voorstander van het stimuleren van de natuurlijke vijanden van de eikenprocessierups op allerlei manieren: bijvoorbeeld natuurvriendelijk beheer van bermen en groenstroken en het stimuleren van meer bloeiende planten. Maar omdat er nog weinig bekend is over de effectiviteit van bovenstaande maatregelen moet daar meer onderzoek naar gedaan worden en ook naar soortspecifieke bestrijdingsmethoden. Op plekken waar er groot risico is willen we dat de nesten op een veilige manier worden weggezogen. Eventueel kunnen plekken met veel nesten tijdelijk worden afgesloten en kan duidelijke informatie worden gegeven over de risico’s. Het preventief bestrijden met de biologische middelen mag alleen kleinschalig, in uitzonderlijke gevallen, als de andere methoden niet mogelijk zijn.

Werkt het ophangen van nestkastjes voor mezen tegen de eikenprocessierups?

Mezen eten, net als veel andere insectenetende vogels, veel rupsen. Zeker in het voorjaar, als de jongen er zijn, worden duizenden rupsen gevoerd. Ook rupsen van de eikenprocessierups kunnen door mezen gegeten worden en meer mezen betekent dus dat er meer eikenprocessierupsen kunnen worden opgegeten. In welke mate eikenprocessierupsen onderdeel uitmaken van het voedsel van mezen is nog onbekend. Maar de eikenprocessierups zal door mezen niet verdwijnen.

Kleurkeur

Aan welke eisen moet ik voldoen om mijn persoonscertificaat Kleurkeur te behouden?

Uw certificaat voor de cursus Kleurkeur Groen, Blauw en/of Kleurkeur Nascholingsaanbod is 5 jaar geldig vanaf de examendatum. Dit staat op uw diploma en pasje vermeld. Om het certificaat voor deze vijf jaar geldig te houden, dient u binnen deze periode te voldoen aan de eisen voor Nascholingsaanbod zoals opgenomen in de add-on Kleurkeur 2023. Alle eisen voor het behouden van het persoonscertificaat zijn hierin terug te lezen. Na de eerste 365 dagen vanaf de examendatum moet tenminste 6 uur Nascholingsaanbod worden gevolgd op het gebied van ecologie of biodiversiteit. Een bijeenkomst moet minimaal 3 uur zijn. Ook mag er een serie van 3 x 1 uur, dat tezamen 1 blok vormt, worden gegeven. Hiervoor zijn de kennisdagen Ecologisch Bermbeheer, welke tweejaarlijks worden georganiseerd door De Vlinderstichting, in ieder geval geldig. Ook is de cursus Kleurkeur in de Praktijk van De Vlinderstichting geldig. Daarnaast kunt u uw eigen kennisaanbod indienen bij Groene Erkenningen. De eisen hiervoor staan in het examendocument Kleurkeur (te downloaden op de website van Groenkeur). Opnieuw de cursus Kleurkeur volgen volstaat niet.

Vóór het aflopen van uw persoonscertificaat dient u zich te laten her-certificeren en opnieuw een examen te doen (in het geval de deelnemer beschikt over zowel het certificaat Kleurkeur Groen als Kleurkeur Nascholingsaanbod, hoeft deze alleen een examen Nascholingsaanbod voor her-certificering te doen). Opnieuw de cursus volgen hoeft niet, maar mag natuurlijk wel. Het examen voor behoud van uw certificaat kunt u aanvragen op de website van Groene Erkenningen.

Dit alles staat nog eens schematisch weergegeven in dit stroomschema.

Hoe kan ik me als bedrijf laten certificeren voor Kleurkeur?

De bedrijfscertificering verloopt via Groenkeur. 

U heeft een project nodig dat u kunt uitvoeren volgens de Beoordelingsrichtlijn Kleurkeur. Daar laat u een audit op uitvoeren door een onafhankelijke Certificerende Instelling (CI) waarmee Groenkeur een licentieovereenkomst heeft afgesloten. Na een succesvolle audit ontvangt u van hen een Kleurkeur bedrijfscertificaat. Alle stappen zijn na te lezen in dit stappenplan.

Hoe vind ik Kleurkeur gecertificeerde personen/bedrijven?

De persoonsregisters zijn in beheer van Groenkeur. U kunt op de website van Groenkeur gecertificeerde personen en bedrijven vinden. Zie vind gecertificeerde personen

Ik heb de map al gelezen en weet al wat Kleurkeur inhoudt. Kan ik dan het examen maken zonder de cursus te volgen?

Nee, alleen wanneer de gehele cursus is gevolgd kan het examen worden gemaakt. 

Is de cursus of het examen ook online te volgen?

Nee, de cursus en het examen worden gegeven op een cursuslocatie. Interactie tijdens de cursus is van groot belang en fysieke aanwezigheid is dus verplicht.

Kan ik zelf iets organiseren om mensen met een persoonscertificaat Kleurkeur te laten voldoen aan de eisen van Nascholingsaanbod?

Ja, je kunt zelf je kennisaanbod indienen bij Groene Erkenningen: Kennis aanbod indienen

Kunnen we De Vlinderstichting inhuren om advies of informatie te komen geven over Kleurkeur?

Ja, De Vlinderstichting kan in een presentatie aangeven wat Kleurkeur is en wat opdrachtgevers en/of opdrachtnemers eraan hebben. Neem voor de mogelijkheden contact op via het contactformulier.

Moet ik als opdrachtgever de cursus Kleurkeur volgen?

Een opdrachtgever die zijn bermen conform de eisen van Kleurkeur wil laten onderhouden, raden we aan om de cursussen te volgen, zodat men weet wat Kleurkeur inhoudt, weet wat er nodig is om een opdracht onder Kleurkeur succesvol te laten verlopen en ook wat dat van de opdrachtgever vraagt aan (financiële) inspanning. Lees meer in de factsheet Kleurkeur voor opdrachtgevers.

Voor wie is de cursus Kleurkeur Groen?

De Basiscursus Kleurkeur is gericht op iedereen die met onderhoud en beheer van bermen (en groenstroken) te maken heeft. Hieronder vallen o.a. de uitvoerenden van beheer, hun directe leidinggevenden, de opdrachtgevers, KAM-coördinatoren en ecologen.

Voor wie is de cursus Kleurkeur Blauw?

De Kleurkeur Blauw is gericht op iedereen die met onderhoud en beheer van watergangen te maken heeft. Hieronder vallen o.a. de uitvoerenden van beheer, hun directe leidinggevenden, de opdrachtgevers, KAM-coördinatoren en ecologen.

Voor wie is de cursus Kleurkeur Nascholingsaanbod?

De cursus Kleurkeur Nascholingsaanbod is voor leidinggevenden, ecologen en opdrachtgevers. Let op: voor deze cursus is een geldig certificaat Kleurkeur Groen verplicht.

Wat is het verschil tussen een in company en een centrale cursus?

Bij een centrale cursus nemen mensen van zowel opdrachtgevers als opdrachtnemers deel. Zo zijn er vaak afgevaardigden van verschillende bedrijven, gemeenten of adviesbureaus uit het land aanwezig. De cursus wordt op enkele centrale plekken in delen van het land gegeven. Bij een ‘In company’ cursus wordt de cursus gegeven aan medewerkers van één bedrijf en wordt in overleg de cursus bij het bedrijf georganiseerd.

Wat is het verschil tussen kennisdeling en Nascholingsaanbod?

In de Beoordelingsrichtlijn Kleurkeur 2023 worden eisen gesteld aan het opleiden van houders van de Kleurkeur persoonscertificaten. Een Kleurkeur gecertificeerd bedrijf moet hierop toezien. Er wordt gesproken over 2 dingen, jaarlijkse kennisdeling en Nascholingsaanbod.  

Jaarlijkse kennisdeling:

De persoonscertificaathouders moeten 4 uur per jaar kennis delen. Dat kan bijvoorbeeld door naar de (tevens verplicht te organiseren) opstartdag te gaan, die de opdrachtnemers voor hun Kleurkeur projecten moeten organiseren. Tevens komt een toolboxmeeting, een webinar, of elke andere bijeenkomst waar wordt gesproken over ecologisch beheer of biodiversiteit daarvoor in aanmerking. Registratie hiervan dient het bedrijf zelf bij te houden. 

Nascholingsaanbod:

Een houder van het persoonscertificaat Kleurkeur moet gedurende de looptijd van het certificaat tenminste 6 uur aan Nascholingsaanbod volgen. Een bijeenkomst dient aan een aantal eisen te voldoen om in aanmerking te komen voor Nascholingsaanbod. Deze eisen vindt men in het examendocument Kleurkeur dat te downloaden is op de website van Groenkeur. 

De Vlinderstichting organiseert elke twee jaar kennisdagen die in aanmerking komen voor Nascholingsaanbod. Ook de cursus Kleurkeur In De Praktijk, aan te vragen bij De Vlinderstichting, komt hiervoor in aanmerking. Een andere mogelijkheid is dat u zelf een kennisbijeenkomst organiseert en het kennisaanbod indient ter goedkeuring. 

Registratie van de deelnemers gebeurt door de organisator van de kennisbijeenkomst. Deze gegevens worden vervolgens doorgegeven en geüpload in het register Persoonscertificaten van Groene Erkenningen, waar deelnemers de punten krijgen bijgeschreven en waarin men na inloggen kan zien hoeveel uur er al is gevolgd en hoeveel uur er nog gevolgd moet worden. 

Wat is Kleurkeur?

Kleurkeur is een bedrijfscertificaat (onderdeel van Groenkeur) voor ecologisch beheer van bermen, groenstroken en watergangen. Alleen Kleurkeur gecertificeerde aannemers kunnen opdrachten uitvoeren die aan de richtlijnen van Kleurkeur moeten voldoen. Dit wordt steeds vaker gevraagd door opdrachtgevers die ecologische kwaliteit bij het beheer van de openbare ruimte belangrijk vinden. Hoe die richtlijnen eruit zien is te lezen in de beoordelingsrichtlijn Kleurkeur, die je hier kunt aanvragen.

Wat leer ik in de cursus Kleurkeur Groen

Bij de cursus Kleurkeur Groen leer je wat ecologisch bermbeheer inhoudt. Er wordt ingegaan op de uitgangspunten van Kleurkeur en op de manier waarop opdrachten onder Kleurkeur in de praktijk worden uitgevoerd. Zo komen de (maai)machines aan de orde, de manier waarop je kunt faseren, het omgaan met keuzes in het maaibeheer en andere praktische zaken.

Wat leer ik in de cursus Kleurkeur Nascholingsaanbod?

In de cursus Kleurkeur Nascholingsaanbod wordt met name ingegaan op de manier waarop in voorbereiding, aanbesteding en uitvoering gewerkt wordt bij een Kleurkeur opdracht. Ook de opzet van het beheerplan, de monitoring en het belang van draagvlak binnen de organisatie komen aan de orde. 

Wat leer ik in een cursus Kleurkeur Blauw?

Bij de cursus Kleurkeur Blauw leer je wat ecologisch beheer van watergangen inhoudt. Er wordt ingegaan op de uitgangspunten van Kleurkeur Blauw en op de manier waarop opdrachten onder Kleurkeur Blauw in de praktijk worden uitgevoerd. Zo komen de ecologie van watergangen, veel voorkomende planten en dieren en de eisen die ze stellen aan hun leefomgeving, de bouwstenen waaruit een watergang bestaat, de (maai)machines, de manier waarop je kunt faseren, het omgaan met keuzes in het maaibeheer en andere praktische zaken aan de orde. 

Wat brengt Kleurkeur mij als opdrachtgever?

Als je een opdracht onder Kleurkeur laat uitvoeren weet je als opdrachtgever dat de aannemer op de hoogte is van wat ecologisch beheer inhoudt, op welke manier de in het beheerplan omschreven doelstellingen kunnen worden bereikt en dat er gekwalificeerde mensen bij de uitvoering zijn betrokken.

Wat betekent Kleurkeur voor de opdrachtgever?

De opdrachtgever geeft het toepassingsgebied voor Kleurkeur aan (bijvoorbeeld specifieke bermen of delen van de gemeente). Ook zorgt de opdrachtgever voor de juiste informatie die nodig is voor het opstellen van het beheerplan. Ten slotte rondt de opdrachtgever samen met de opdrachtnemer het beheerplan af.

Wat houdt Kleurkeur Blauw op hoofdlijnen in?

Kleurkeur Blauw gaat over ecologisch beheer van watergangen, zowel in het natte als droge profiel.
Belangrijke punten zijn:  

  • Een goede projectvoorbereiding met een beheerplan; 
  • De watergang is verdeeld in vier bouwstenen: schouwpad, talud, snor en nat profiel; 
  • Talud en snor worden gefaseerd beheerd, waarbij 15-50% van de vegetatie blijft overstaan met maximaal 500m tussen overstaande delen; 
  • Het nat profiel (de watergang) heeft primair een functie voor waterveiligheid, -berging en -afvoer. Hier kan gefaseerd worden gemaaid, maar alleen waar dat kan binnen kaders van waterveiligheid; 
  • Het schouwpad wordt met name gebruikt voor onderhoud en dient veilig te zijn. Waar het kan wordt er ecologisch beheerd, opdrachtgevers kunnen hier maatwerkkeuzes maken; 
  • Ingezette maaimachines, maaikorven en dergelijke doen aantoonbaar beperkt schade aan fauna; 
  • De effecten van het beheer worden gemonitord en de resultaten worden meegenomen in het beheer; 
  • Baggeren van watergangen gebeurt zoveel mogelijk ecologisch, opdrachtgevers kunnen hier maatwerkkeuzes maken; 
  • Personeel is vakbekwaam voor uitvoering van ecologisch beheer; 
  • Een cyclus van doen – leren – verbeteren.

Meer weten? Lees de BRL Kleurkeur 2023.

Wij doen al aan ecologisch beheer van watergangen. Wat voegt Kleurkeur Blauw dan toe?

Fijn dat u al aan ecologisch beheer van watergangen doet. Kleurkeur Blauw is een certificering voor aannemers en andere uitvoerders van het ecologisch beheer in de watergang. Voor opdrachtgevers vormt Kleurkeur Blauw een kwaliteitswaarborging, voor opdrachtnemers een manier om zich te onderscheiden in de markt. Kleurkeur Blauw gaat verder dan de gedragscode(s) voor de Wet Natuurbescherming en richt zich op breed herstel van biodiversiteit, een urgente maatschappelijke opgave. Kleurkeur Blauw is ontwikkeld in samenwerking met enkele waterschappen, gemeenten, aannemers, Sportvisserij Nederland, RAVON en FLORON.

Hoe en wanneer kan ik de cursus Kleurkeur Blauw volgen?

De cursus Kleurkeur Blauw wordt vanaf medio november 2023 aangeboden. Op deze website en via de nieuwsbrief Kleurkeur kondigen wij de data aan. Incompany wordt de cursus Kleurkeur Blauw eveneens vanaf medio november 2023 aangeboden. Vanaf 1 oktober 2023 kunt u de cursus Kleurkeur Blauw incompany aanvragen.

Kleurkeur Groen

Voor wie is de cursus Kleurkeur Groen?

De Basiscursus Kleurkeur is gericht op iedereen die met onderhoud en beheer van bermen (en groenstroken) te maken heeft. Hieronder vallen o.a. de uitvoerenden van beheer, hun directe leidinggevenden, de opdrachtgevers, KAM-coördinatoren en ecologen.

Wat leer ik in de cursus Kleurkeur Groen

Bij de cursus Kleurkeur Groen leer je wat ecologisch bermbeheer inhoudt. Er wordt ingegaan op de uitgangspunten van Kleurkeur en op de manier waarop opdrachten onder Kleurkeur in de praktijk worden uitgevoerd. Zo komen de (maai)machines aan de orde, de manier waarop je kunt faseren, het omgaan met keuzes in het maaibeheer en andere praktische zaken.

Kleurkeur Blauw

Voor wie is de cursus Kleurkeur Blauw?

De Kleurkeur Blauw is gericht op iedereen die met onderhoud en beheer van watergangen te maken heeft. Hieronder vallen o.a. de uitvoerenden van beheer, hun directe leidinggevenden, de opdrachtgevers, KAM-coördinatoren en ecologen.

Wat leer ik in een cursus Kleurkeur Blauw?

Bij de cursus Kleurkeur Blauw leer je wat ecologisch beheer van watergangen inhoudt. Er wordt ingegaan op de uitgangspunten van Kleurkeur Blauw en op de manier waarop opdrachten onder Kleurkeur Blauw in de praktijk worden uitgevoerd. Zo komen de ecologie van watergangen, veel voorkomende planten en dieren en de eisen die ze stellen aan hun leefomgeving, de bouwstenen waaruit een watergang bestaat, de (maai)machines, de manier waarop je kunt faseren, het omgaan met keuzes in het maaibeheer en andere praktische zaken aan de orde. 

Wat houdt Kleurkeur Blauw op hoofdlijnen in?

Kleurkeur Blauw gaat over ecologisch beheer van watergangen, zowel in het natte als droge profiel.
Belangrijke punten zijn:  

  • Een goede projectvoorbereiding met een beheerplan; 
  • De watergang is verdeeld in vier bouwstenen: schouwpad, talud, snor en nat profiel; 
  • Talud en snor worden gefaseerd beheerd, waarbij 15-50% van de vegetatie blijft overstaan met maximaal 500m tussen overstaande delen; 
  • Het nat profiel (de watergang) heeft primair een functie voor waterveiligheid, -berging en -afvoer. Hier kan gefaseerd worden gemaaid, maar alleen waar dat kan binnen kaders van waterveiligheid; 
  • Het schouwpad wordt met name gebruikt voor onderhoud en dient veilig te zijn. Waar het kan wordt er ecologisch beheerd, opdrachtgevers kunnen hier maatwerkkeuzes maken; 
  • Ingezette maaimachines, maaikorven en dergelijke doen aantoonbaar beperkt schade aan fauna; 
  • De effecten van het beheer worden gemonitord en de resultaten worden meegenomen in het beheer; 
  • Baggeren van watergangen gebeurt zoveel mogelijk ecologisch, opdrachtgevers kunnen hier maatwerkkeuzes maken; 
  • Personeel is vakbekwaam voor uitvoering van ecologisch beheer; 
  • Een cyclus van doen – leren – verbeteren.

Meer weten? Lees de BRL Kleurkeur 2023.

Wij doen al aan ecologisch beheer van watergangen. Wat voegt Kleurkeur Blauw dan toe?

Fijn dat u al aan ecologisch beheer van watergangen doet. Kleurkeur Blauw is een certificering voor aannemers en andere uitvoerders van het ecologisch beheer in de watergang. Voor opdrachtgevers vormt Kleurkeur Blauw een kwaliteitswaarborging, voor opdrachtnemers een manier om zich te onderscheiden in de markt. Kleurkeur Blauw gaat verder dan de gedragscode(s) voor de Wet Natuurbescherming en richt zich op breed herstel van biodiversiteit, een urgente maatschappelijke opgave. Kleurkeur Blauw is ontwikkeld in samenwerking met enkele waterschappen, gemeenten, aannemers, Sportvisserij Nederland, RAVON en FLORON.

Hoe en wanneer kan ik de cursus Kleurkeur Blauw volgen?

De cursus Kleurkeur Blauw wordt vanaf medio november 2023 aangeboden. Op deze website en via de nieuwsbrief Kleurkeur kondigen wij de data aan. Incompany wordt de cursus Kleurkeur Blauw eveneens vanaf medio november 2023 aangeboden. Vanaf 1 oktober 2023 kunt u de cursus Kleurkeur Blauw incompany aanvragen.

Kleurkeur Nascholingsaanbod

Voor wie is de cursus Kleurkeur Nascholingsaanbod?

De cursus Kleurkeur Nascholingsaanbod is voor leidinggevenden, ecologen en opdrachtgevers. Let op: voor deze cursus is een geldig certificaat Kleurkeur Groen verplicht.

Wat leer ik in de cursus Kleurkeur Nascholingsaanbod?

In de cursus Kleurkeur Nascholingsaanbod wordt met name ingegaan op de manier waarop in voorbereiding, aanbesteding en uitvoering gewerkt wordt bij een Kleurkeur opdracht. Ook de opzet van het beheerplan, de monitoring en het belang van draagvlak binnen de organisatie komen aan de orde. 

Koolwitjes

Hoe werkt het?

Echte, levende vlinders in de klas? Dat kan met het kweekpakket van De Vlinderstichting!  Je ontvangt een pakket met meerdere eitjes, rupsen én poppen van de vlindersoort: groot koolwitje. Deze kun je in de klas (of bij de buitenschoolse opvang) opkweken tot vlinders. Leerzaam om te doen en een onvergetelijke ervaring voor de kinderen! 

Iedereen kan koolwitjes bestellen. De koolwitjes zijn via De Vlinderstichting verkrijgbaar en worden met de post verstuurd gedurende de periode maart-september.

Wat krijg je?

Een Koolwitjespakket bevat levend materiaal met +/- 20 eitjes, 10 rupsen en 5 poppen

Datum kiezen

Bepaal weloverwogen wanneer je het vlinderproject wilt starten. De hele cyclus van eitje naar vlinder duurt ongeveer 4-5 weken, houdt dus rekening met vakanties en feestdagen bij het plannen van het project. Let er ook op dat de voorraad beperkt is en dat je op tijd moet bestellen. 

Op het bestelformulier staan de dagen wanneer het pakket verstuurd wordt. Je kunt alleen een pakket bestellen op de verzenddagen die zichtbaar zijn in de kalender. De koolwitjes hebben direct bij aankomst verzorging nodig, zorg er dus voor dat je op de dag van aankomst aanwezig bent. 

Wij verzenden de koolwitjespakketjes op maandag en dinsdag. PostNL geeft aan dat de poststukken ongeveer 1-3 dagen onderweg zijn.

De bestelling zit in een grote enveloppe of in een Brievenbusdoosje die in de brievenbus past, of wordt als pakket afgeleverd. Indien er geen brievenbus aanwezig is, denk er dan aan een postbusnummer te vermelden.  

Soms gebeurt het dat de poststukken vertraging oplopen bij de PostNL. Als je na twee dagen na de verzenddatum nog niets hebt ontvangen, neem dan contact met ons op.

Verzending

  • 1 t/m 3 pakketjes : Deze worden als Brievenbuspakje met Track en Trace verzonden en door de plaatselijke postbode in de brievenbus gedaan op opgegeven leveradres. Indien geen brievenbus aanwezig, geef dan het postbusnummer door! 
  • 4 of meer pakketjes:  Deze worden als Pakket met een Track en Trace code van PostNL verzonden. Het pakket moet dus worden aangenomen of naar een postbus worden verzonden. 
  • Bij 1 set + 1 tot 2 pakketjes zonder boekje wordt het als Brievenbuspakje met Track en Trace verzonden.
  • Als je kiest  voor 1 set (inclusief boekje) en 3 of meer extra pakketjes (zonder boekje), dan geldt nog steeds dat vanaf 4 pakketjes (dus ook bij 1 set + 3 pakketjes) de post als pakket wordt verstuurd.  
  • 2 of meer sets (inclusief boekje) + eventuele extra losse pakketjes:  Deze worden als Pakket met een Track en Trace code van PostNL verzonden. Het pakket moet dus worden aangenomen of naar een postbus worden verzonden.  

Bestelling annuleren

Je kunt kosteloos annuleren als je verzoek binnen de opzegtermijn valt:  

  • Bij minder dan 50 pakketten: opzegtermijn van 1 maand voor leverdatum.
  • Bij 50 of meer pakketten: opzegtermijn van 2 maanden voor leverdatum.  

Wij storten dan het betaalde bedrag terug op je rekening. Annuleer je later dan bovenstaande opzegtermijnen, dan ontvang je geen geld terug.

Garantie

Het levend materiaal van eitjes, rupsen en poppen wordt door De Vlinderstichting zorgvuldig verzorgd en geselecteerd. Toch kan het gebeuren dat eitjes niet uitkomen of een rups of pop de levering niet overleeft. Dat is normaal, ook in de natuur overleven ze niet allemaal. Mocht het zo zijn dat er ondanks jouw en onze goede zorgen extreem veel dieren doodgaan, neem dan contact op met De Vlinderstichting. Wij kunnen in het uiterste geval proberen je zo spoedig mogelijk te voorzien van nieuw materiaal. Helaas kunnen wij geen geld teruggeven, omdat de kosten voor het kweken al gemaakt zijn en wij die zo laag mogelijk proberen te houden.

Ga naar het bestelformulier om één of meerdere pakketten met eitjes, rupsen en poppen te bestellen! 

Nogmaals: de koolwitjes hebben direct bij aankomst verzorging nodig! Dus bestel geen pakketjes voor een dag waarop je niet aanwezig bent. 

Bij aangeven ‘leveradres is privé-adres’ GEEN organisatie invullen. 

Denk bij het inplannen van de bestelling aan schoolvakanties en feestdagen. 

Over ons

Wat doet De Vlinderstichting?

De Vlinderstichting maakt zich sterk voor het behoud en herstel van vlinders en libellen in Nederland en Europa. Dat is belangrijk, want veel bedreigde vlinder- en libellensoorten in kleine leefgebiedjes balanceren op de rand van uitsterven.

Lees meer over het werk van De Vlinderstichting

Colofon

Disclaimer

Privacyverklaring

Verantwoording