Vliegtijd & gedrag
Begin mei-begin september in twee, mogelijk drie generaties. De vlinders vliegen vanaf de schemering en komen op licht. Ze kunnen overdag worden opgejaagd.
- Snel naar
- Waarnemingen
- Levenscyclus
Verspreiding
Levenscyclus
Blauwbandspanner
Rups: juni-juli en september. De soort overwintert als volgroeide rups in een cocon en verpopt zich in het voorjaar.

Rups

Vlinder
Verspreiding
Het Iberisch Schiereiland, West- en Midden-Europa inclusief de Britse eilanden oostwaarts tot de gebergten van Midden-Azië; in het noorden tot Noord-Scandinavië, in het zuiden tot het westelijke Middellandse Zeegebied, Italië, de Balkanlanden en Klein-Azië tot Kirgisië.
Benaming
- Engelse naam Purple Bar
- Duitse naam Schwarzaugen-Bindenspanner
-
Franse naam
le Lynx
la Phalène ocellée -
Oud Nederlandse naam
purperbandspanner
walstrometer -
Synoniemen
Larentia ocellata
Lampropteryx ocellata
Lyncometra ocellata
Cidaria ocellata
Melanthia ocellata
Melanippe ocellata
Meer over de naam
Toelichting Nederlandse naam
De bandspanners hebben een bandtekening dwars over de vleugels.De donkere band van deze spanner is vaak voorzien van een blauwe waas. Meer over Nederlandse namen
Toelichting wetenschappelijke naam
Cosmorhoe: kosmos is in orde, versiering en rhoe is stroom, beekje; heeft veel met Xanthorhoe gemeen maar is mooier.ocellata: ocellatus is met ogen; de twee (soms één) zwarte vlekken in het midden van de voorvleugel.
Auteursnaam en jaartal
(Linnaeus, 1758)
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Herkenning
Voorvleugellengte: 13-15mm. Een karakteristiek getekende, weinig variabele spanner. Verse exemplaren hebben een glad zijdeachtig voorkomen. De grondkleur is roomwit en over de vleugels loopt een brede donkere blauwgrijze middenband met zwarte vlekken die afgezet is met roodbruine randen.