Vliegtijd & gedrag
In het buitenland: eind juni-half augustus in één generatie. De vlinders zijn nachtactief en komen op licht, soms in aantal, maar ze zijn nooit opvallend aanwezig.
- Ga direct naar
- Levenscyclus
- Herkenning
- Foto's
- Habitat & Waardplanten
Verspreiding in Nederland
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Levenscyclus
Bleke stofuil
Herkenning
Kenmerken vlinder
Voorvleugellengte: 13-15mm. Deze onopvallende vaal bruingrijze uil wordt gemakkelijk over het hoofd gezien. De voorvleugel is tamelijk smal en heeft een afgeronde vleugelpunt. De ringvlek is zichtbaar als een kleine donkere stip en van de niervlek is alleen gedeeltelijk de omtrek zichtbaar als een donker lijntje. Langs de voorrand liggen twee donkere stippen van waaruit de twee S-vormige dwarslijnen lopen. Vaak ontbreken deze dwarslijnen en blijven slechts de twee stippen langs de voorrand zichtbaar. De achtervleugel is vuilwit en ongetekend.
Gelijkende soorten vlinder
De moerasspirea-uil (A. pallustris) is veel duidelijker getekend: over de vleugel lopen donkere getande dwarslijnen, de niervlek en de ringvlek zijn zichtbaar als twee donkere streepjes, de golflijn is eveneens donker en goed zichtbaar, en de achterrand is voor de franje vrij breed geblokt.De vale stofuil (A. hospes) heeft een hoekiger voorvleugel en de nauwelijks zichtbare dwarslijnen bestaan uit stippels; in de franje bevindt zich een duidelijke stippellijn en de gehele voorvleugel is vrijwel ongetekend, op een vage donkere schaduwveeg met een lichte lengtestreep in het midden van de vleugel na. Zie ook de grijze stofuil (Hoplodrina respersa).
Verspreiding
Zeldzaamheid
Van deze soort zijn geen recente waarnemingen bekend. De laatste waarneming dateert uit 1963 in Limburg.
België
Enkele historische waarnemingne bekend uit Zuid-Limburg, waarvan meerdere uit de omgeving van Epen.
Regionaal
Zeer zeldzaam. Slechts enkele oude waarnemingen uit de Naamse kalkstreek.
Europa
De bleke stofuil komt voor in Midden- en Zuid-Europa.
Mondiaal
In Europa komt de bleke stofuil voor in zeer uiteenliggende gebieden. Een noordelijk deel met vangsten in Midden-Noorwegen, Zweden, Zuid- en Midden-Finland, Karelië en tot Leningrad en Kirow. Het zuidelijke deel omvat Midden-Europa en reikt in het zuiden tot Zuid-Frankrijk, Midden-Italië, Joegoslavië, Macedonië en Bulgarije en in het noorden tot Nederland, het Zuid-Duitse Middelgebergte, Tsjechië en het noorden van Oekraïne. Tussen beide gebieden is het voorkomen zeer lokaal. Naar het oosten Midden-Azië, Mongolië, Noord-China, Korea en Japan.