Vliegtijd & gedrag
Eind april-begin september in twee generaties. De vlinders verbergen zich overdag in lage vegetatie en worden actief vanaf de schemering. Ze komen op smeer en in kleine aantallen ook geregeld op licht. Vaak blijven ze in een korte dansende vlucht rond de lichtbron fladderen.
- Snel naar
- Waarnemingen
- Levenscyclus
Verspreiding
Levenscyclus
Braamvlinder
Rups: juli-oktober. Blijft als jonge rups op de waardplant; de meer volgroeide rups verbergt zich overdag tussen dode bladeren en foerageert vooral ´s nachts boven op de bladeren. De soort overwintert als pop in een cocon op of in de grond.

Rups

Cocon

Vlinder
Verspreiding
Van Noord-Afrika via heel Europa, inclusief Scandinavië, via Rusland en China tot Japan; in het zuiden van Noord-Klein-Azië en Armenië tot Noord-India.
Benaming
- Engelse naam Peach Blossom
- Duitse naam Roseneule
- Franse naam le Batis
-
Oud Nederlandse naam
braamuil
frambozenvlinder - Synoniemen Thyatyra batis
Meer over de naam
Toelichting Nederlandse naam
Braam is de waardplant van de braamvlinder (maar ook framboos). Meer over Nederlandse namen
Toelichting wetenschappelijke naam
Thyatira: Thyatira was een stad in Klein-Azië het beste bekend door het Bijbelse Handelingen van de Apostelen en Openbaringen.batis: Batis is braam, door Linnaeus correct opgegeven als waardplant.
Auteursnaam en jaartal
(Linnaeus, 1758)
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Herkenning
Voorvleugellengte: 16-19 mm. De roze met bruin gekleurde bloembladachtige vlekken op de voorvleugel zijn kenmerkend. Soms zijn deze vlekken geel- of bruinachtig; verder is er nauwelijks enige variatie.