Bruinbandspanner

Scotopteryx chenopodiata

bruinbandspanner

Vliegtijd & gedrag

Begin juni-eind augustus in één generatie. De vlinders kunnen overdag gemakkelijk opgejaagd worden uit het gras of uit andere lage vegetatie. Ze kunnen in het donker op bloemen worden waargenomen, maar komen slechts in kleine aantallen op licht.

Verspreiding

Levenscyclus

Bruinbandspanner

Rups: augustus-juni. De soort overwintert als rups en verpopt zich waarschijnlijk in de strooisellaag.

Verspreiding

Van het Iberisch Schiereiland via heel Europa tot het Amoergebied en Sachalin (ssp. sibirica Bang - Haas, 1907); in het noorden tot Noord-Scandinavië, in het zuiden: Italië, Malta, de Balkan en het westen van Centraal-Azië tot Altaj.

Benaming

  • Engelse naam Shaded Broad-bar
  • Duitse naam Braunbinden-Wellenstriemenspanner
  • Franse naam la Phalène de l ansérine
    la Chénopodie
  • Oud Nederlandse naam gestreepte spanner
  • Synoniemen Ortholitha chenopodiata
    Cidaria chenopodiata
    Ortholitha limitata
    Eubolia mensuaria

Meer over de naam

Toelichting Nederlandse naam
De bandspanners hebben een bandtekening dwars over de vleugels.Veel individuen binnen deze toch al bruine spanner tonen een of meer bruine banden. Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam
Scotopteryx: skotos is duisternis en pteron is vleugel; wijzend op de donkere tekening op de vleugels van een aantal soorten, vooral de mediane band.chenopodiata: Chenopodium is het plantengeslacht ganzevoet door Linnaeus foutief als waardplantengenus aan deze soort toegevoegd.

Auteursnaam en jaartal
(Linnaeus, 1758)

Trends

Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.

Herkenning

Voorvleugellengte: 16-19 mm. Nogal variabel van kleur, maar gemakkelijk te herkennen. De voorvleugel is effen geelbruin of dofbruin met een duidelijke donkerder bruine dwarsband. Deze dwarsband bestaat uit een aantal smallere banden, waarvan de middelste lichter en vaak grijsachtig getint is. Meestal is er een donker schuin streepje in de vleugelpunt aanwezig.

Habitat

De Vlinderstichting beschermt al 40 jaar vlinders en libellen. Wij vinden dat zij overal waar ze in de natuur thuis horen ook daadwerkelijk moeten voorkomen.

Bospaden

Duinen

Graslanden

Heiden

Struwelen

Tuinen

Wegbermen

Planten

Klaver

Lathyrus

Wikke

Meer uit dezelfde familie

Doe mee aan de tuinvlindertelling

Heb je een vlinder of libel gespot? Meld het ons! Jouw waarnemingen zijn waardevol voor het behoud van deze insecten. Samen kunnen we hun populaties in kaart brengen en beschermen. Ga naar onze website en deel jouw observaties. Help mee aan het behoud van deze prachtige dieren en draag bij aan de wetenschap van de biodiversiteit.

Waarneming melden