Bruine grasuil

Rhyacia simulans

bruine grasuil

Vliegtijd & gedrag

Begin juni-half oktober in één generatie. De vlinders komen uit, vliegen een korte periode en zoeken dan een plek om te overzomeren (aestivatie) in bijvoorbeeld een schuur, tunnel, grot of groeve. Ze bezoeken bloemen van onder andere spoorbloem en vlinderstruik en komen zowel op licht als op smeer; ze worden ook wel binnenshuis aangetroffen.

Verspreiding

Levenscyclus

Bruine grasuil

Rups: september-april. De soort overwintert als rups en verpopt zich in het voorjaar onder de grond.

Verspreiding

Noordwest-Afrika, grote delen van Europa, Voor- en Midden-Azië. Naar het noorden tot de Orkney- en de Shetland-eilanden en Zuid-Scandinavië. In Midden- en Zuid-Europa een verspreiding met hiaten. Turkije, Kaukasus, Siberië. Van de verbreiding in Azië is nog te weinig bekend i.v.m. de begrenzing van de tegenwoordig zelfstandige soort R. arenacea (Hampson, 1907).

Benaming

  • Engelse naam Dotted Rustic
  • Duitse naam Simulans-Bodeneule
  • Franse naam la Noctulelle pyrophile
  • Synoniemen Agrotis simulans
    Spaelotis pyrophila
    Spaelotis pyrophyla

Meer over de naam

Toelichting Nederlandse naam
Alle grasuilen hebben een relatie met grassen.De grondkleur van deze grasuil is altijd een bruintint. Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam
Rhyacia: rhuax is een stroom, een beek, naar de getande lijnen op de voorvleugel die Hübner aan stromend water deed denken, een thema dat hij frequent gebruikte bij de spanners.simulans: simulans is voorgeven, doen alsof; mogelijk heeft dit betrekking op het gedrag van de vlinder tijdens de overzomering in augustus: hij doet dan alsof hij dood is. Hufnagel kan dit verschijnsel best hebben opgemerkt.

Auteursnaam en jaartal
(Hufnagel, 1766)

Trends

Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.

Herkenning

Voorvleugellengte: 17-21 mm. Heeft op de lange grijs- of soms geelachtig bruine voorvleugel doorgaans een opvallende dubbele, onregelmatig gegolfde binnenste dwarslijn. De buitenste dwarslijn bestaat uit een dubbele rij vlekjes waarvan de buitenste getand zijn. De meer of minder donker gerande ringvlek is doorgaans iets lichter dan de grondkleur. Van de niervlek is het uiteinde van de binnenste lob doorgaans donker gevuld. Tussen de ringvlek en de niervlek is vaak een donker vlakje aanwezig. De achtervleugel is grijsachtig bruin met een donker lijntje langs de achterrand en lichte franje.

Habitat

De Vlinderstichting beschermt al 40 jaar vlinders en libellen. Wij vinden dat zij overal waar ze in de natuur thuis horen ook daadwerkelijk moeten voorkomen.

Bossen

Ruige graslanden

Struwelen

Tuinen

Planten

Paardenbloem

Pijpenstrootje

Zuring

Meer uit dezelfde familie

Doe mee aan de tuinvlindertelling

Heb je een vlinder of libel gespot? Meld het ons! Jouw waarnemingen zijn waardevol voor het behoud van deze insecten. Samen kunnen we hun populaties in kaart brengen en beschermen. Ga naar onze website en deel jouw observaties. Help mee aan het behoud van deze prachtige dieren en draag bij aan de wetenschap van de biodiversiteit.

Waarneming melden