Vliegtijd & gedrag
Eind april-half september in twee generaties; de tweede generatie is partieel. De vlinders rusten overdag op of in de buurt van de waardplant en worden gemakkelijk opgejaagd. Ze vliegen vooral in de schemering; ze bezoeken bloemen en komen op licht.
- Snel naar
- Waarnemingen
- Levenscyclus
Verspreiding
Levenscyclus
Bruine grijsbandspanner
Rups: juni-september; vaak in meerdere stadia tegelijk aanwezig. De soort overwintert als pop in de strooisellaag of in de bovenste bodemlaag.

Rups

Cocon

Vlinder
Verspreiding
West-Oost: als de verbreiding van pusaria. Naar het noorden eveneens tot boven de poolcirkel, in het zuiden ontbreekt exanthemata in Klein-Azië en enige oostelijk daarvan gelegen gebieden. Wel in Noord-Amerika.
Benaming
- Engelse naam Common Wave
- Duitse naam Brauntirn-Weissspanner
- Franse naam la Cabère pustulée
- Oud Nederlandse naam geel- en grijsbandspanner
- Synoniemen Deilinia exanthemata
Meer over de naam
Toelichting Nederlandse naam
De bandspanners hebben een bandtekening dwars over de vleugels.Er lopen smalle grijze banden over de vleugels en een bruine bespikkeling onderscheidt deze soort van de witte grijsbandspanner. Meer over Nederlandse namen
Toelichting wetenschappelijke naam
Cabera: Cabera is een dochter van Proteus, een oude zeeman met profetische gaven; hij bleef zichzelf steeds veranderen om te vookomen dat hij gevangen werd om profetische uitspraken te moeten doen.exanthemata: exanthema is een aandoening van de huid, verwijzend naar de stippeltjes op de vleugels. Scopoli vindt deze stipjes roodachtig, Macleod vindt ze grijs. Scopoli was ook arts, vandaar die huidaandoening.
Auteursnaam en jaartal
(Scopoli, 1763)
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Herkenning
Voorvleugellengte: 14-16 mm. Een lichtbruin tot bruingrijs gespikkelde witte spanner met lichtbruine dwarslijnen, drie op de voorvleugel en twee op de achtervleugel. De spikkeling op de vleugels varieert in intensiteit, bij het vrouwtje is deze meestal sterker.