Vliegtijd & gedrag
Begin mei-begin september in één generatie. De vlinders zijn soms overdag rustend op boomstammen of palen te vinden. Ze vliegen ´s nachts, komen op licht en foerageren in het donker op bloemen, vooral van kamperfoelie.
- Snel naar
- Waarnemingen
- Levenscyclus
Verspreiding
Levenscyclus
Dennenpijlstaart
Rups: juli-oktober. De rups kan zowel op kleine als op grote bomen worden aangetroffen en heeft meestal een voorkeur voor oudere naalden. De soort overwintert als pop in de strooisellaag of in de grond.
 eitje Petra Tenge.webp)
Ei-afzet

Rups

Cocon

Vlinder
Verspreiding
Van noordwest-Afrika (daar zeldzaam) via bijna geheel Europa (niet in het zuidwesten van het Iberisch schiereiland, niet in het noorden van Groot-Britannië en niet in Scandinavië) en Klein-Azië tot aan de Kaukasus (zuidelijk tot Syrië en de Libanon) en via gematigd Azië tot aan Japan. In Noord-Amerika geïmporteerd.
Benaming
- Engelse naam Pine Hawk-moth
- Duitse naam Kiefernschwärmer
- Franse naam le Sphinx du pin
- Synoniemen Hyloicus pinastri
Meer over de naam
Toelichting Nederlandse naam
Dennepijlstaart is een oude naam die ook al door Ter Haar in 'Onze Vlinders' wordt gebruikt.Pijlstaart verwijst naar het staartje of 'pijl' op het laatste segment van de rups.Grove dennen, maar ook andere naaldbomen, zijn de waardplanten van deze soort. Meer over Nederlandse namen
Toelichting wetenschappelijke naam
Sphinx: Sphinx is een monster meestal afgebeeld met de bovenkant van een vrouw en het lichaam van een leeuw. Zij woonde in het Egyptische Thebe raadsels opgevend en degenen dodend die ze niet konden oplossen. Toen Oedipus dat wel bleek te kunnen, pleegde ze zelfmoord. Men denkt wel dat deze mythe de geheimnisvolle jaarlijkse overstroming van de Nijl symboliseerde; die bracht vruchtbaarheid maar ook de gesel van de dood voor hen die in de Nijl omkwamen. Er hoeft natuurlijk geen enthomologische connectie te zijn, maar het zou goed kunnen dat Linnaeus de overeenkomst op het oog had van het grote beeldhouwwerk bij de Grote Piramide en de rups die zijn kop in rust opgericht houdt.pinastri: Pinus pinaster is zeeden, een mogelijke voedselplant, maar Linnaeus geeft alleen den aan.
Auteursnaam en jaartal
Linnaeus, 1758
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Herkenning
Voorvleugellengte: 35-41 mm. Karakteristiek is de vrijwel effen, grijze of bruinachtig grijze voorvleugel met in het midden enkele zwarte vegen, en de vrijwel egaal donkerbruine achtervleugel. Beide vleugels hebben geblokte franje. Het achterlijf is zwart gebandeerd zonder enig spoor van roze.