Vliegtijd & gedrag
Half april-begin september in twee of drie generaties. De vlinders zijn overdag gemakkelijk op te jagen uit grasvegetaties. Ze vliegen vanaf zonsondergang en komen op licht.
- Snel naar
- Waarnemingen
- Levenscyclus
Verspreiding
Levenscyclus
Echt-walstrospanner
Rups: juni-september. De soort overwintert als pop in een cocon in de strooisellaag.

Rups

Vlinder
Verspreiding
In het zuiden van Europa een verspreiding met onderbrekingen. In het westen gemeld uit Frankrijk en de Britse eilanden. In Midden- en Noord-Europa tot Polen en van Hongarije tot Zuid-Scandinavië; in het oosten: Rusland, de Oeral en het Altaj-gebergte en tot het Amoergebied.
Benaming
- Engelse naam Oblique Striped
- Duitse naam Streifenspanner
- Franse naam la Cidarie rayée
- Oud Nederlandse naam kleine walstrospanner
-
Synoniemen
Mesotype virgata
Larentia lineolata
Meer over de naam
Toelichting Nederlandse naam
Echt-walstro is een belangrijke waardplant voor deze spanner. Meer over Nederlandse namen
Toelichting wetenschappelijke naam
Phibalapteryx: phibalapteryx is moeilijk te verklaren. Mogelijke oorzaak is dat Stephens een heel goede enthomoloog was, maar met weinig klassieke bagage. Er kunnen heel wat woorden bijgehaald worden (phibaleos is een vijgenboom, phibalos is slank, met gratie, phibalos kan ook een nachtvlinder betekenen) maar duidelijk wordt het niet.virgata: virga is een staaf, een staf, een gekleurde streep op een kledingstuk; de duidelijke strepen op de vleugels.
Auteursnaam en jaartal
(Hufnagel, 1767)
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Herkenning
Voorvleugellengte: 10-12 mm. De tamelijk smalle voorvleugel is grijs of grijsbruin en fijn gebandeerd. De zeer smalle donkere dwarsbandjes die aan beide zijden van de middenstip liggen, zijn ongeveer even breed en afgezet met grijsachtig wit. Meestal is een kort donker schuin streepje in de vleugelpunt aanwezig. Het vrouwtje is over het algemeen iets kleiner en heeft puntige vleugels.