Bedreigd

Eenstreepgrasuil

Mythimna conigera

eenstreepgrasuil

Vliegtijd & gedrag

Half juni-eind augustus in één generatie. De vlinders komen zowel op licht als op smeer en bezoeken bloemen.

Verspreiding

Levenscyclus

Eenstreepgrasuil

Rups: augustus-mei. De soort overwintert als jonge rups, laag in de vegetatie. De rups foerageert vooral ´s nachts en verpopt zich in een cocon in de grond.

Verspreiding

Nagenoeg heel Europa naar het noorden tot Noord-Schotland en Midden-Scandinavië. Naar het zuiden Zuid-Spanje, Zuid-Italiè en Noord-Griekenland. Noord- en Midden-Azië. Naar het oosten tot de Grote Oceaan (Sachalin, Korea, Koerilen, Japan).

Benaming

  • Engelse naam Brown-line Bright-eye
  • Duitse naam Weissfleck-Graseule
  • Franse naam la Conigère
  • Synoniemen Leucania conigera
    Aletia conigera

Meer over de naam

Toelichting Nederlandse naam
Alle grasuilen hebben een relatie met grassen.Eenstreep is bedoeld als tegenhanger van de tweestreepgrasuil. Dat is eigenlijk niet correct want ook deze conigera heeft twee dwarslijnen; door dikte, contrast en verloop van de strepen valt toch wel wat voor eenstreep te zeggen. Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam
Mythimna: mithimna is een stad op het eiland Lesbos. Deze uitleg komt van Treitschke die 'Die Schmetterlinge von Europa' afmaakte na de dood van Ochsenheimer. Sodoffsky (1837) verbeterde de spelling naar Mithimna.conigera: conus is taps en gero is dragen, naar de bij benadering tapse vorm van het witte vlak binnen de niervlek.

Auteursnaam en jaartal
(Denis & Schiffermüller, 1775)

Trends

Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.

Herkenning

Voorvleugellengte: 15-17 mm. Opvallend is de witte kegelvormige vlek aan de binnenzijde van de niervlek. De donkere centrale dwarslijnen steken duidelijk af en de binnenste daarvan heeft een karakteristieke V-vorm; in rusthouding is daardoor over de beide voorvleugels duidelijk een W te zien. Kenmerkend zijn ook de bruine aders die vooral goed zichtbaar zijn in het zoomveld. Door de combinatie van deze weinig variabele kenmerken is deze soort goed van de andere Mythimna-soorten te onderscheiden. De grondkleur is geelachtig bruin, roestbruin of diep oranjeachtig bruin.

Habitat

De Vlinderstichting beschermt al 40 jaar vlinders en libellen. Wij vinden dat zij overal waar ze in de natuur thuis horen ook daadwerkelijk moeten voorkomen.

Bospaden

Bosranden

Graslanden

Planten

Kropaar

Pijpenstrootje

Meer uit dezelfde familie

Doe mee aan de tuinvlindertelling

Heb je een vlinder of libel gespot? Meld het ons! Jouw waarnemingen zijn waardevol voor het behoud van deze insecten. Samen kunnen we hun populaties in kaart brengen en beschermen. Ga naar onze website en deel jouw observaties. Help mee aan het behoud van deze prachtige dieren en draag bij aan de wetenschap van de biodiversiteit.

Waarneming melden