Vliegtijd & gedrag
Half mei-eind augustus in één generatie; heel zelden een tweede generatie. De vlinders kunnen overdag gemakkelijk worden opgejaagd van lage takken van de waardplant. Ze komen op licht.
- Snel naar
- Waarnemingen
- Levenscyclus
Verspreiding
Levenscyclus
Geel spannertje
Rups: juli-september. De soort overwintert als pop in de strooisellaag.

Vlinder
Verspreiding
Van Spanje, West- en Midden-Europa inclusief Engeland oostwaarts tot Japan; in het noorden tot in Noord-Scandinavië en in het zuiden van Sicilië tot de Balkan.
Benaming
- Engelse naam Small Yellow Wave
- Duitse naam Gelbgestreifter Erlenspanner
-
Franse naam
lÁcidalie jaunâtre
la Flammèche -
Synoniemen
Hydrelia luteata
Larentia luteata
Cidaria luteata
Acidalia luteata
Meer over de naam
Toelichting Nederlandse naam
Deze spanner is klein en zowel de grondkleur als de tekening zijn geel in verschillende tinten. Meer over Nederlandse namen
Toelichting wetenschappelijke naam
Hydrelia: hudrelos is waterig. Dit is mogelijk een variatie op Hübner's thema (riviertjes en beekjes) op de vleugels van H. sylvata, de enige soort die Hübner in dit genus onderbracht.flammeolaria: flammeolus is vlamgekleurd, van de oranjeachtige kleur op de vleugels.
Auteursnaam en jaartal
(Hufnagel, 1767)
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Herkenning
Voorvleugellengte: 11-13 mm. Een opvallend spannertje met een lichtgele grondkleur, onregelmatige geelachtig bruine dwarslijnen en een kleine maar duidelijke middenstip op de voor- en achtervleugel. Op de voorvleugel zijn de buitenste dwarslijn, de golflijn en de achterrand in het midden vaak met elkaar verbonden door een lichtbruin balkje.