Gekraagde grasuil

Mythimna ferrago

gekraagde grasuil

Vliegtijd & gedrag

Begin juni-eind augustus in één generatie; soms een partiële tweede generatie tot in oktober. De vlinders komen zowel op licht als op smeer en bezoeken bloemen.

Verspreiding

Levenscyclus

Gekraagde grasuil

Rups: augustus-mei. De soort overwintert als jonge rups, laag in de vegetatie. De rups foerageert vooral ´s nachts en verpopt zich in een cocon in de grond.

Verspreiding

Noordwest-Afrika (Marokko), Zuid- en Midden-Europa, naar het noorden tot Noord-Schotland en Zuid-Scandinavië. Voor-Azië, Midden-Azië tot Tibet en de Altaj.

Benaming

  • Engelse naam Clay
  • Duitse naam Kapuzen-Graseule
  • Franse naam l'Argentée
    la Noctuelle lithargyrée
  • Oud Nederlandse naam rietuil
  • Synoniemen Mythimna lithargyria
    Hyphilare lithargyria
    Leucania lithargyria
    Mythimna lythargyria
    Leucania lythargyria
    Aletia lythargyria

Meer over de naam

Toelichting Nederlandse naam
Alle grasuilen hebben een relatie met grassen.Het kraagje wordt aldus omschreven: het mannetje heeft een zwarte band aan de basis van de onderzijde van het achterlijf. Dit kraagje wordt gebruikt als onderscheid t.o.v. andere Mythimna's. Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam
Mythimna: mithimna is een stad op het eiland Lesbos. Deze uitleg komt van Treitschke die 'Die Schmetterlinge von Europa' afmaakte na de dood van Ochsenheimer. Sodoffsky (1837) verbeterde de spelling naar Mithimna.ferrago: ferrugo is de kleur van rode roest; naar de grondkleur van de vleugels. Waarschijnlijk werd ferrugo opzettelijk veranderd naar ferrago om tot de uitgang -ago te komen. Zie ook bij X. citrago.

Auteursnaam en jaartal
(Fabricius, 1787)

Trends

Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.

Herkenning

Voorvleugellengte: 15-18 mm. Deze uil heeft een stevig gebouwd lichaam met een sterk behaarde halskraag. De voorrand en de achterrand van de voorvleugel vormen samen een vrij rechte hoek. Opvallend, maar niet altijd even duidelijk afstekend, is het druppelvormige witachtige vlekje aan de binnenzijde van de niervlek; de niervlek zelf is hooguit zichtbaar als een vage, smalle en langgerekte, soms S-vormige vlek. De voorvleugel heeft een vrij gelijkmatig, zacht pastelkleurig uiterlijk, waarvan de grondkleur varieert van rozeachtig bruin tot dof zandkleurig bruin, lichtbruin met een olijfkleurige tint of strokleurig. De buitenste dwarslijn bestaat uit een gebogen stippenrij. Er is weinig variatie in tekening. Het mannetje heeft een zwarte band aan de basis van de onderzijde van het achterlijf. Vlinders van een eventuele tweede generatie zijn duidelijk kleiner.

Habitat

De Vlinderstichting beschermt al 40 jaar vlinders en libellen. Wij vinden dat zij overal waar ze in de natuur thuis horen ook daadwerkelijk moeten voorkomen.

Bossen

Graslanden

Tuinen

Planten

Beemdgras

Kropaar

Paardenbloem

Weegbree

Meer uit dezelfde familie

Doe mee aan de tuinvlindertelling

Heb je een vlinder of libel gespot? Meld het ons! Jouw waarnemingen zijn waardevol voor het behoud van deze insecten. Samen kunnen we hun populaties in kaart brengen en beschermen. Ga naar onze website en deel jouw observaties. Help mee aan het behoud van deze prachtige dieren en draag bij aan de wetenschap van de biodiversiteit.

Waarneming melden