Vliegtijd & gedrag
Half mei-half juli in één generatie. De vlinders beginnen vlak voor de schemering te vliegen en vooral het mannetje komt goed op licht. De vlinders bezoeken bloemen en komen op smeer. Soms worden vlinders overdag opgejaagd uit de vegetatie.
- Ga direct naar
- Levenscyclus
- Herkenning
- Foto's
- Habitat & Waardplanten
Verspreiding in Nederland
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Levenscyclus
Gemarmerd heide-uiltje
Rups: juni-augustus. De rups foerageert bij voorkeur op de bloemen van de waardplant. De soort overwintert als pop in een cocon op de grond of tussen de wortels in de grond.
Herkenning
Kenmerken vlinder
Voorvleugellengte: 10-11 mm. Een karakteristiek uiltje dat in rust de vleugels schuin omhoog tegen het lichaam houdt. Door de geringe grootte wordt deze soort in eerste instantie vaak aangezien voor een microvlinder. De grondkleur van de voorvleugel is rozeachtig wit en langs de voorrand van het wortelveld en het middenveld ligt een brede donkerroze strook. Midden op de voorvleugel ligt een kleine donkere vlek en zowel langs de achterrand als langs de binnenrand bevindt zich een bruine, min of meer driehoekige vlek.
Kenmerken rups
Tot 15 mm; naar de kop toe versmald en bultig naar de staart; lichaam diep purperachtig bruin met over de rug een rij donker roodachtige, ruitvormige vlekken; segment drie met een paar opvallende, grote, witte of roodachtige vlekken; onderzijde grijs; kop bruin met lichte tekening.
Foto's
Rups
Vlinder
Verspreiding
Zeldzaamheid
Vrij algemeen. Komt vooral voor in de duinen en op de zandgronden in het binnenland; elders slechts af en toe een waarneming. RL: niet bedreigd.
België
In Vlaanderen vrij algemeen en wijdverbreid ten oosten van de lijn Antwerpen-Brussel; zeldzaam in Oost- en West-Vlaanderen. In Wallonië vrij zeldzaam, maar wijdverbreid en lokaal algemeen. De soort staat op de Rode Lijst van Vlaanderen als Momenteel niet in Gevaar (Veraghtert et al. 2023).
Mondiaal
In bijna heel Europa, van Zuid-Spanje, Zuid-Italië en Griekenland tot Zuid-Engeland, Denemarken, Zuid-Zweden en Zuid-Finland. In het zuiden van Scandinavië pas na 1960 en ook was ze vroeger niet aanwezig in Noord-Duitsland (volgens Speyer & Speyer (1862) verliep de noordgrens toen: Parijs - Neustrelitz - Danzig). Verder het gematigde deel van Azië en zuidelijk van Kaukasus, Armenië en Noord-Iran tot de Russische kust van de Grote Oceaan en Japan. Alle oude meldingen uit Noord-Amerika bleken verwisselingen met andere soorten.