Vliegtijd & gedrag
Eind mei-begin juli in één generatie; soms een kleine partiële tweede generatie in september. De mannetjes komen goed op licht. De vrouwtjes worden minder vaak op licht gezien, maar kunnen overdag worden opgejaagd van eikenbladeren.
- Snel naar
- Waarnemingen
- Levenscyclus
Verspreiding
Levenscyclus
Gevlekte zomervlinder
Rups: juni-mei. De rupsen zijn perfect gecamoufleerd doordat zij stukjes blad op hun lichaam plakken; bij het uit de boom kloppen van rupsen vallen ze pas op als ze gaan bewegen. De soort overwintert als jonge rups en verpopt zich in een losse cocon tussen eikenbladeren.

Ei-afzet

Rups

Vlinder
Verspreiding
Van het Iberisch Schiereiland via West- en Midden-Europa inclusief Engeland tot de bosgebieden in Zuid-Rusland. In het noorden tot Zuid-Scandinavië, in het zuiden de Balkan en Klein-Azië.
Benaming
- Engelse naam Blotched Emerald
- Duitse naam Eichenwald-Grünspanner
-
Franse naam
le Verdelet
le Géomètre bajulaire - Oud Nederlandse naam kleine spanvlinder
-
Synoniemen
Hipparchus papilionaria
Comibaena pustulata
Euchloris pustulata
Phorodesma pustulata
Meer over de naam
Toelichting Nederlandse naam
De zomervlinders vliegen in de zomermaanden. Deze zomervlinder heeft kenmerkende bruine vlekken op de vleugels. Meer over Nederlandse namen
Toelichting wetenschappelijke naam
Comibaena: komus is een bundel en baino is gaan. De gewoonte van de rups om zich te bekleden met stukjes eikenbladeren e.d.bajularia: bajulus is een drager en sjouwer; ook dit slaat op die opmerkelijke gewoonte van de rups.
Auteursnaam en jaartal
(Denis & Schiffermüller, 1775)
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Herkenning
Voorvleugellengte: 14-17 mm. De opvallende wit met bruine vlekken in de binnenrandhoek van de voor- en achtervleugel (waardoor de vlinder wel iets weg heeft van een aangevreten boomblaadje) zijn kenmerkend. Kenmerkend is ook de combinatie van de roomwit met roodbruin geblokte achterrand met het ontbreken van uitstekende puntjes (zoals het geval is bij de andere zomervlinders met een geblokte franje). De grondkleur verbleekt in de loop van de vliegtijd van groen naar geelachtig of rozeachtig wit.