Vliegtijd & gedrag
Mei-begin augustus in één generatie. De vlinders vliegen vanaf de schemering en komen in kleine aantallen op licht. Overdag kunnen ze worden opgejaagd van bomen, struiken of hekken.
- Ga direct naar
- Levenscyclus
- Herkenning
- Foto's
- Habitat & Waardplanten
Verspreiding in Nederland
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Levenscyclus
Groene bergspanner
Rups: september-mei. De soort overwintert als jonge rups en verpopt zich in de strooisellaag.
Herkenning
Kenmerken vlinder
Voorvleugellengte: 13-15 mm. De tamelijk afgeronde olijfgroene voorvleugel, de fijne gegolfde zwarte dwarslijnen en de opvallende regelmatige witte zones langs de donkere middenband, maken deze soort goed herkenbaar. In de loop van de vliegtijd verbleekt de groene kleur echter en ontstaat een wat grauwere geelachtige of bruinachtige kleur. De achtervleugel is bruinachtig lichtgrijs en heeft een geblokte franje. De tekening varieert slechts weinig.
Gelijkende soorten vlinder
Bij het papegaaitje (Chloroclysta siterata) en het herfstpapegaaitje (Chloroclysta miata) die beide in het najaar (of in het vroege voorjaar) vliegen, is de witte afzetting van de middenband onregelmatig en veel minder opvallend; bovendien heeft het herfstpapegaaitje een witachtige achtervleugel.
Foto's
Vlinder
Verspreiding
Zeldzaamheid
Zeer zeldzaam. Wordt verspreid over het land slechts af en toe waargenomen.
België
Zeer zeldzaam. Komt zeer lokaal in Luxemburg voor.
Mondiaal
Het Iberisch Schiereiland, West- en Midden-Europa inclusief de Britse eilanden oostwaarts tot de Oeral en Altaj; in het noorden tot in Midden-Scandinavië, in het zuiden: van de westelijke Middellandse Zee via de Balkan tot de Kaukasus.