Vliegtijd & gedrag
Juni-augustus in één generatie. De vlinders zijn zowel overdag als in de schemering actief en bezoeken bloemen van onder andere kamperfoelie en koninginnenkruid. De vlinders komen op licht.
- Snel naar
- Waarnemingen
- Levenscyclus
Verspreiding
Levenscyclus
Grote koperuil
Rups: juli-mei. De soort overwintert als jonge rups tussen de stengels van de waardplant of andere weelderige vegetatie. De verpopping vindt plaats in een witachtige ovale cocon die gesponnen wordt aan de onderzijde van een blad van de waardplant.

Vlinder
Verspreiding
In Europa vooral in de middengebieden; naar het noorden niet boven de noordrand van het middelgebergte tot Nederland, België, Nordrhein-Westfalen, Hessen, Noord-Beieren en de Sudeten-Karpatenketen. Nog meer naar het noorden alleen enkelingen in Nedersaksen (1951), Brandenburg (1954), Sachsen (1917), Denemarken (1931) en Zuid-Zweden (1981). Standvlinder ook in Zuid-Engeland en Wales. Naar het zuiden tot Noord-Spanje, Midden-Italië, Noord-Griekenland en Oost-Bulgarije. Naar het oosten van Karelië en Klein-Azië dwars door Noord- en Midden-Azië tot de Koerilen, Sachalin, het Amoer-Oessoeri-gebied, Korea, Noord- en Midden-China en Japan.
Benaming
- Engelse naam Scarce Burnished Brass
- Duitse naam Wasserdost-Goldeule
- Franse naam la Plusie topaze
- Synoniemen Plusia chryson
Meer over de naam
Toelichting Nederlandse naam
Deze uil heeft een koperen gedeelte op de voorvleugels en is groter dan de echte koperuil. Meer over Nederlandse namen
Toelichting wetenschappelijke naam
Diachrysia: diakhrusos is met gouddraad geweven. Wijzend op de metaalkleurige vlekken.chryson: khruson is een goudschat; ook hier weer de verwijzing naar de metaalkleur van de vleugels.
Auteursnaam en jaartal
(Esper, 1789)
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Herkenning
Voorvleugellengte: 20-24 mm. Deze uil heeft dezelfde karakteristieke vleugelvorm en rusthouding als de koperuil (D. chrysitis); de kop en de karakteristieke kuif zijn eveneens oranje van kleur. In het zoomveld van de voorvleugel bevindt zich een onvolledige messinggele dwarsband die vanaf de voorrand tot halverwege de vleugel loopt en zichtbaar is als een grote vierkante vlek. In deze metaalvlek is de golflijn te herkennen als een dunne bruine golvende lijn. Het middenveld en het overige deel van de dwarsband in het zoomveld zijn roodachtig bruin; de rest van de vleugel heeft een paarsachtig grijze of paarsachtig bruine kleur.