Vliegtijd & gedrag
Begin mei-eind juni in één generatie. De vlinders komen op licht en bezoeken bloemen. Overdag kunnen ze rustend op boomstammen of stenen worden aangetroffen; een enkele keer zijn ze ook overdag actief.
- Snel naar
- Waarnemingen
- Levenscyclus
Verspreiding
Levenscyclus
Heide-schaaruil
Rups: juni-september. De rups foerageert vooral ´s nachts. De soort overwintert als pop in een stevige cocon in de grond.

Vlinder
Verspreiding
Noord-Spanje (de Pyreneeën) en via heel Europa tot Oost-Azië (Japan). In het noorden tot de poolcirkel, in het oosten tot Noord-Amerika. In het zuiden het noordelijke Middellandse Zeegebied, de Zwarte Zee, het Midden-aziatische gebergte en nog verder zuidelijk tot Kasmier.
Benaming
- Engelse naam Glaucous Shears
- Duitse naam Moorwald-Blättereule
- Franse naam la Noctuelle glauque
-
Synoniemen
Papestra glauca
Mamestra glauca
Lacanobia glauca
Meer over de naam
Toelichting Nederlandse naam
Dit is een soort van natte heidegebieden.De ronde en de niervlek zijn min of meer gespleten hetgeen aan een schaartje zou doen denken.Ook in de Engelse soortnaam is de schaar opgenomen. Zie ook 'toelichting wetenschappelijke naam'. Meer over Nederlandse namen
Toelichting wetenschappelijke naam
Papestra: papestra heeft een afleiding die analoog is met die van Mamestra. Spuler veronderstelde foutief dat mamestra kwam van het Griekse woord voor mama en Sukharreva was het met hem eens en redeneerde dat papestra dan kwam van het Griekse woord voor papa.biren: bi- is twee en renes is de nier. Zowel de ronde als de niervlek hebben de vorm van een nier.
Auteursnaam en jaartal
(Goeze, 1781)
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Herkenning
Voorvleugellengte: 15-18 mm. De voorvleugel is vrij smal en heeft een asgrijze marmering op een licht- tot donkergrijze ondergrond. Kenmerkend zijn de grote witachtige niervlek en ringvlek en de zwarte pijlvlekken in de golflijn. De tapvlek is licht gekleurd en vrij rond.