Vliegtijd & gedrag
Eind april-half augustus in één generatie. De vlinders vliegen vanaf de schemering en komen op licht; soms worden ze aan het eind van de middag vliegend waargenomen.
- Snel naar
- Waarnemingen
- Levenscyclus
Verspreiding
Levenscyclus
Hengeldwergspanner
Rups: eind juni-september. De rups leeft in bloemen en onrijpe vruchten. De soort overwintert als pop in de strooisellaag (soms twee jaren).

Rups

Vlinder
Verspreiding
Van de Britse eilanden en Frankrijk in het westen tot Rusland, Siberië en het Amoergebied in het oosten; in het noorden in Scandinavië tot Lapland, Finmark en op IJsland; in het zuiden: Spanje, Zuid-Frankrijk, Italië, de Balkan, Klein-Azië en Armenië.
Benaming
- Engelse naam Lead-coloured Pug
- Duitse naam Wachtelweizen-Blütenspanner
- Franse naam l'Eupithécie du mélampyre
- Synoniemen Tephroclystia plumbeolata
Meer over de naam
Toelichting Nederlandse naam
Alle soorten uit het Genus Eupithecia plus nog een aantal andere kleine spanners zijn samengebracht onder de groepsnaam dwergspanner.Hengel is een belangrijke waardplant van deze soort. Meer over Nederlandse namen
Toelichting wetenschappelijke naam
Eupithecia: eu is goed, goedig en pithex, pithekos is een dwerg. De vlinders hebben een aantrekkelijk uiterlijk en zijn klein. Haworth schrijft: mooie vlinders, als ze rusten zien ze er prachtig uit: de vleugels gespreid en vlak, elegant gedrukt tegen de ondergrond; eigenlijk helemaal ontworpen om ze in vlinderkasten te verzamelen.Plumbeolata: plumbeolus is een verkleinwoord van plumbeus is loden, verwijzend naar de kleur van deze vlinder
Auteursnaam en jaartal
(Haworth, 1809)
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Herkenning
Voorvleugellengte: 9-10 mm. Lijkt veel op de bosrankdwergspanner (E. haworthiata) maar mist de roodachtige band op het achterlijf; de voorrand van de voorvleugel is iets rechter en de vleugelpunt iets spitser. De voorvleugel is bleekgrijs met fijne, zwak geaccentueerde dwarslijnen.