Vliegtijd & gedrag
Begin april-half augustus in twee generaties. Kan vanaf de schemering soms vliegend worden waargenomen. Komt vaak op verlichte vensters af en wordt veelvuldig bij lichtvallen waargenomen.
- Snel naar
- Waarnemingen
- Levenscyclus
Verspreiding
Levenscyclus
Herculesje
Rups: mei-juni en augustus-september. De soort overwintert als pop, ingesponnen tussen bladeren of dode plantenresten of mogelijk in de grond.

Rups

Cocon

Vlinder
Verspreiding
Van het Iberisch Schiereiland via West- en Midden-Europa naar Rusland; als ssp. alpestris (Wehrli, 1940) van de Oeral tot Kamtsjatka en het Amoergebied. De nominaatvorm in het zuiden tot het Middellandse Zeegebied, de Balkan en de Kaukasus en in het noorden tot ver boven de poolcirkel
Benaming
- Engelse naam Early Thorn
- Duitse naam Dreistreifiger Mondfleckspanner
- Franse naam l'Ennomos illunaire
-
Synoniemen
Ennomos dentaria
Selenia bilunaria
Ennomos illunaria
Meer over de naam
Toelichting Nederlandse naam
Herculesje is een al lang bestaande naam die al gebruikt wordt door Ter Haar in 'Onze vlinders' (begin vorige eeuw).De achtergrond van deze naam blijft onduidelijk. Meer over Nederlandse namen
Toelichting wetenschappelijke naam
Selenia: selene is de maan, vanwege de sikkelvormige discale vlekken.dentaria: dens, dentis is een tand, verwijzend naar de getande randen.
Auteursnaam en jaartal
(Fabricius, 1775)
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Herkenning
Voorvleugellengte: 14-23 mm. Onderscheidt zich van verwante soorten doordat in rust de vleugels boven het achterlijf tegen elkaar geklapt worden als bij een dagvlinder. De vlinders van de zomergeneratie zijn kleiner en lichter van kleur dan die van de voorjaarsgeneratie en hebben aan de onderzijde van de vleugels grotere bruinoranje vlekken.