Vliegtijd & gedrag
Begin juli-half oktober in één generatie. De vlinders komen zowel op licht als op smeer en bezoeken bloemen en honingdauw.
- Ga direct naar
- Levenscyclus
- Herkenning
- Foto's
- Habitat & Waardplanten
Verspreiding in Nederland
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Levenscyclus
Heremietuil
Rups: april-mei. Jonge rupsen leven tussen samengesponnen bladeren, meestal aan twijguiteinden. De verpopping vindt plaats in een cocon in de grond. De soort overwintert als ei op de waardplant.
Herkenning
Kenmerken vlinder
Voorvleugellengte: 13-15 mm. De tamelijk brede voorvleugel van deze uil heeft een opvallende, sterk golvende achterrand die vlak voor de vleugelpunt naar binnen buigt en eindigt in een duidelijk naar achter buigende punt. De vrij donkere olijfbruine voorvleugel is vaak fijn grijs bestoven en heeft een enigszins violetachtige tint. De beide uilvlekken hebben een fijne, lichte omlijning; de tamelijk grote ringvlek is opvallend langgerekt en soms niervormig. De centrale dwarslijnen zijn dun en licht van kleur. De tamelijk rechte, soms licht gebogen binnenste dwarslijn buigt bij de binnenrand naar binnen in de richting van de vleugelwortel, zodat in rusthouding de binnenste dwarslijnen van beide voorvleugels samen grofweg een breed uitlopende omgekeerde V vormen. De buitenste dwarslijn loopt ongeveer parallel aan de binnenste en maakt bij de binnenrand een lichte golfbeweging. De dwarslijnen zijn donker afgezet en over de vleugel loopt een donkere middenschaduw. Er is weinig variatie.
Gelijkende soorten vlinder
De tweekleurige heremietuil (I. subtusa) is lichter olijfbruin en heeft geen rozeachtige tint; de voorvleugel heeft een gebogen voorrand en een minder golvende achterrand. De binnenste dwarslijn buigt bij de binnenrand niet naar de vleugelwortel toe, maar is in rusthouding als een rechte lijn over beide voorvleugels zichtbaar; bovendien is de tapvlek meestal duidelijk aanwezig.
Gelijkende soorten rups
Tweekleurige heremietuil (Ipimorpha subtusa).N.B.: vergelijk behalve de uiterlijke kenmerken ook de tijd van het jaar waarin de rupsen voorkomen, het habitat en de waardplant(en).
Foto's
Vlinder
Museum
Verspreiding
Zeldzaamheid
Vrij algemeen. Komt verspreid over het land voor. RL: bedreigd.
België
Vrij zeldzaam in Vlaanderen. Wijdverbreid in de Vlaamse Ardennen en de ruit Gent-Antwerpen-Hasselt-Brussel; zeldzamer daarbuiten. In Wallonië zeldzaam; recente meldingen uit alle provincies. De soort staat als Kwetsbaar op de Rode Lijst van Vlaanderen (Veraghtert et al. 2023).
Mondiaal
Nagenoeg heel Europa; naar het noorden tot Midden-Engeland, Zuid-Noorwegen, Midden-Zweden, Zuid-Finland en Karelië. Naar het zuiden tot Centraal-Spanje, Midden-Italië, Macedonië, Bulgarije en westelijk Klein-Azië. Via Noord- en Midden-Azië tot Sachalin en Japan.