Vliegtijd & gedrag
Eind mei-oktober in twee generaties; de tweede generatie is partieel. De mannetjes vliegen overdag in een schichtige zigzagvlucht. De vrouwtjes kunnen zich niet verplaatsen en blijven op hun cocon zitten.
- Snel naar
- Waarnemingen
- Levenscyclus
Verspreiding
Levenscyclus
Hoekstipvlinder
Rups: augustus-mei. De soort overwintert als rups tussen bladeren op de waardplant, waar ook de cocon voor de verpopping gevormd wordt. Het vrouwtje zet de eieren af op haar eigen cocon.

Rups

Cocon

Vlinder
Verspreiding
Van het noorden van het Iberisch schiereiland oostwaarts via West- en Midden-Europa, inclusief Zuid-Engeland, via de gematigde zone tot Oost-Azië (Japan). Naar het noorden tot Zuid-Scandinavië en naar het zuiden tot aan de Middellandse Zee.
Benaming
- Engelse naam Scarce Vapourer
- Duitse naam Eckfleck-Bürstenspinner
- Franse naam la Soucieuse
- Oud Nederlandse naam donkere witvlak
- Synoniemen Orgyia gonostigma
Meer over de naam
Toelichting Nederlandse naam
Hoekstipvlinder is een al lang bestaande naam en wordt al gebruikt door Ter Haar in 'Onze vlinders'.Het mannetje van deze soort heeft een paar opmerkelijke vlekken of stippen in de hoeken van de voorvleugel. Meer over Nederlandse namen
Toelichting wetenschappelijke naam
Orgyia: orguia is strict genomen het bereik van uitgestrekte armen, een basisgrootheid; hier worden de uitgestrekte armen zelf bedoeld, naar de houding van de rustende vlinder, met de voorpoten naar voren uitgestrekt.recens: recens is jong, recent; dit benadrukt de grote verwantschap met O. antiqua, maar is er toch van te onderscheiden.
Auteursnaam en jaartal
(Hübner, 1819)
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Herkenning
Voorvleugellengte: ♂ 13-17 mm. De voorvleugel heeft een chocoladebruine grondkleur met daarop een patroon van vlekken en lijnen in verschillende kleuren. Kenmerkend zijn de witte en oranjebruine vlekken in de vleugelpunt. Opvallend zijn de witte vlekken in de binnenrandhoek. Het vrouwtje heeft zeer kleine vleugelstompjes en een dik gezwollen donkergrijs lichaam, dat zacht behaard is. Het mannetje heeft geveerde antennen.