Vliegtijd & gedrag
Begin juni-eind augustus in één generatie. De vlinders komen op licht en soms op smeer en bezoeken bloemen van onder andere grote centaurie, jakobskruiskruid en koninginnenkruid.
- Snel naar
- Waarnemingen
- Levenscyclus
Verspreiding
Levenscyclus
Klein kokerbeertje
Rups: augustus-juni. De soort overwintert als jonge rups en verpopt zich in een los spinsel tussen (korst)mossen.

Vlinder
Verspreiding
Van het Iberisch schiereiland en enige kustgebieden van Noord-Afrika (Maghreb) via West-Europa (inclusief Zuid-Engeland) naar het oosten tot Centraal-Azië. In het zuiden via het Middellandse Zeegebied, inclusief Corsica, Sardinië en Sicilië, tot Klein-Azië. In het noorden tot Zuid-Finland.
Benaming
- Engelse naam Pigmy Footman
- Duitse naam Blassstirniges Flechtenbärchen
- Franse naam le Manteau nain
-
Synoniemen
Lithosia pygmaeola
Lithosia pallifrons
Meer over de naam
Toelichting Nederlandse naam
De aanduiding beertje heeft deze soort gemeen met de kleinere soorten uit de familie van de beervlinders (Arctiidae). De naam beervlinders heeft deze familie te danken aan het uiterlijk van de rupsen die dicht behaard zijn en daardoor aan een beer doen denken.Twee beertjes krullen in rust de voorvleugels als een kokertje om het lijf heen en van deze twee kokerbeertjes is dit de kleinste. Meer over Nederlandse namen
Toelichting wetenschappelijke naam
Eilema: eilema is een sluier, een voile; een aantal soorten in dit genus houdt in rust de vleugels helemaal rond het lijf gerold alsof ze zich afzonderen onder een sluier. Zie ook bij E. complana. Spiris heeft dezelfde strekking.pygmaeola: pygmatus is een dwerg; de kleinste Eilema.
Auteursnaam en jaartal
(Doubleday, 1847)
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Herkenning
Voorvleugellengte: 10-15 mm. Een klein beertje met een smalle voorvleugel, die grijsachtig wit of lichtgrijs van kleur is en een zijdeachtige glans heeft. In Nederland komen ook exemplaren voor met een lichtgele voorvleugel. Langs de voorrand van de achtervleugel ligt een duidelijke, vaak brede grijze veeg. De vlinder rust met de vleugels in een kokertje om het lichaam gevouwen.