Vliegtijd & gedrag
Eind april-half juli in één generatie. De vlinders worden overdag soms van de waardplant opgejaagd. Ze komen ´s nachts in kleine aantallen op licht en gaan dan vaak naast de lichtval zitten. De vrouwtjes worden ook af en toe laat in de middag vliegend rond braamplanten waargenomen.
- Snel naar
- Waarnemingen
- Levenscyclus
Verspreiding
Levenscyclus
Kleine herculesspanner
Rups: juli-september. De soort overwintert als pop in de grond.

Ei-afzet

Rups

Vlinder
Verspreiding
Bijna alle Europese landen. Van Noord-Spanje via de gematigde zone tot Oost-Azië, in het noorden tot Zuid-Scandinavië en in het zuiden tot Noord-Italië en de Balkan.
Benaming
- Engelse naam Little Thorn
- Duitse naam Zackensaum-Heidelbeerspanner
- Franse naam l'Épione étrangère
- Oud Nederlandse naam herculesje
-
Synoniemen
Epione advenaria
Ennomos advenaria
Meer over de naam
Toelichting Nederlandse naam
Voor herculesspanner zie bij Selenia dentaria.Deze soort is ontegenzeglijk kleiner dan S. dentaria maar verdere relatie is niet duidelijk. Meer over Nederlandse namen
Toelichting wetenschappelijke naam
Cepphis: kepphos is een kleine zeevogel; waarschijnlijk zonder enthomologische betekenis.advenaria: advena is een bezoeker, een gast. Mogelijk doelt Hübner op de oorsprong van dit beestje: vele vrienden stuurden hem materiaal van heinde en ver.
Auteursnaam en jaartal
(Hübner, 1790)
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Herkenning
Voorvleugellengte: 14-17 mm. Rust met halfopen, boven de rug gehouden vleugels. De geringe grootte, de karakteristieke goudkleurige tekening en de grijze grondkleur zijn eveneens goede kenmerken; soms komen meer roodachtige exemplaren voor. Op de achtervleugel bevindt zich een duidelijke stip. De franje is opvallend geblokt. Het mannetje heeft geveerde antennen.