Vliegtijd & gedrag
Juni-juli in één generatie. De vlinders bezoeken bloemen en vooral de vrouwtjes zijn tamelijk honkvast. De mannetjes vliegen alleen bij warm en rustig weer.
- Ga direct naar
- Levenscyclus
- Herkenning
- Foto's
- Habitat & Waardplanten
Verspreiding in Nederland
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Levenscyclus
Kleine sint-jansvlinder
Rups: eind juli-begin juni. De rups overwintert, soms meer dan één keer en verpopt zich in een papierachtige cocon, verborgen aan de onderzijde van bladeren of onder in de vegetatie aan grasstengels. De eieren worden voor eind juli in groepjes op de waardplant afgezet.
Herkenning
Kenmerken vlinder
Voorvleugellengte: 14-16 mm. Een klein bloeddrupje met een sterk afgeronde voorvleugel en vijf duidelijk afgegrensde rode vlekken op een breed donker veld. Kenmerkend zijn de tamelijk doorschijnende vleugels en de zwarte bestuiving langs de binnenrand en de achterrand van de achtervleugel.
Gelijkende soorten vlinder
De vijfvlek-sint-jansvlinder (Z. trifolii) is groter en forser en heeft puntigere en minder doorschijnende vleugels. De sint-jansvlinder (Z. filipendulae) heeft zes vlekken op de voorvleugel en heeft eveneens minder doorschijnende vleugels.Bekijk de gedetailleerde verschillen met illustraties tussen de drie Zygaena-soorten.
Foto's
Rups
Vlinder
Museum
Verspreiding
Zeldzaamheid
Zeldzaam. De eerste Nederlandse waarneming werd gedaan in Zuid-Limburg in 1994. Sindsdien wordt deze soort jaarlijks op een gering aantal plaatsen in Zuid-Limburg gezien. Het lijkt er op dat het aantal waarnemingen de laatste jaren echter weer afneemt. RL: gevoelig.
België
Zeldzaam maar wijdverbreid in Luik, Luxemburg en Namen. Vooral verbreid en lokaal algemeen in de kalkstreek.
Mondiaal
Geen Zygaena heeft zo'n groot verspreidingsgebied als Z. viciae. In Europa van Iberisch Galicië tot ver oostelijk van het Bajkalmeer (> 15000 km!). Een kolonie in Schotland is het laatste overblijfsel van het vroegere voorkomen op de Britse eilanden. Ook in Zuid-Scandinavië, in Midden-, Oost-, West- en Zuid-Europa is deze soort wijdverbreid. Ook op de Balkan tot aan de Peloponnesus, zelfs op enige eilanden in de Egeïsche Zee; ook in Klein-Azië, de Kaukasus en Iran. Noordoostelijk in Polen, Rusland, Kazachstan. Als enige Zygaena ook in Mongolië. Komt niet voor in de uitgebreide steppen tussen de Kaspische Zee en het Aralmeer.