Late heide-uil

Xestia agathina

late heide-uil

Vliegtijd & gedrag

Half augustus-eind september in één generatie. De vlinders komen zowel op licht als op smeer en bezoeken bloemen, vooral die van struikhei. In de schemering en opnieuw later in de avond kunnen ze vliegend boven de heide worden waargenomen.

Verspreiding

Levenscyclus

Late heide-uil

Rups: augustus-juni. De rups foerageert ´s nachts op de jonge uitlopers van de waardplant en verbergt zich overdag laag bij de grond. De soort overwintert als jonge rups en verpopt zich in de strooisellaag of losse aarde.

Verspreiding

West-Europa en delen van Midden-Europa: Portugal, Spanje, Frankrijk, de Britse eilanden (tot de Orkney-eilanden), België, Nederland, Duitsland, Denemarken, Zwitserland, Midden-Italië; ook opgaven uit Polen en Estland.

Benaming

  • Engelse naam Heath Rustic
  • Duitse naam Heidekraut-Bodeneule
  • Franse naam la Noctulelle agathine
  • Synoniemen Agrotis agathina
    Amathes agathina

Meer over de naam

Toelichting Nederlandse naam
De waardplanten van deze uil zijn heidesoorten.Het is een echte najaarssoort, de vliegtijd ligt vooral in september. Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam
Xestia: xestos is opgewreven, glad, naar de glimmende voorvleugels van een aantal soorten in dit genus.agathina: agatha is de latijnse naam voor Agde een Frans stadje bij Montpellier, daar komt het type-exemplaar vandaan.

Auteursnaam en jaartal
(Duponchel, 1827)

Trends

Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.

Herkenning

Voorvleugellengte: 14-16 mm. Een vast kenmerk bij deze bont getekende Xestia-soort is de kleine lichte strokleurige, tamelijk langgerekte ringvlek in de zwarte wigvormige vlek op de voorvleugel. Langs de voorrand ligt een brede lichtgekleurde strook. De dunne donkere, aan de binnenzijde licht afgezette binnenste dwarslijn is diep getand, maar vaak onduidelijk. Aan de binnenzijde van de golflijn bevinden zich pijlvormige vlekken. De kleur van de voorvleugel varieert van licht grijsachtig bruin via roodachtig bruin tot bijna zwart en is gemarmerd met roodachtig bruin of bestoven met grijs of wit. Het mannetje heeft licht geveerde antennen.

Habitat

De Vlinderstichting beschermt al 40 jaar vlinders en libellen. Wij vinden dat zij overal waar ze in de natuur thuis horen ook daadwerkelijk moeten voorkomen.

Heiden

Planten

Dopheide

Struikhei

Meer uit dezelfde familie

Doe mee aan de tuinvlindertelling

Heb je een vlinder of libel gespot? Meld het ons! Jouw waarnemingen zijn waardevol voor het behoud van deze insecten. Samen kunnen we hun populaties in kaart brengen en beschermen. Ga naar onze website en deel jouw observaties. Help mee aan het behoud van deze prachtige dieren en draag bij aan de wetenschap van de biodiversiteit.

Waarneming melden