Vliegtijd & gedrag
Eind augustus-begin november en na de overwintering eind februari-half mei in één generatie. De vlinders zijn vanaf de schemering actief; in het najaar bezoeken ze bloemen van klimop en overrijpe bramen, in het voorjaar wilgenkatjes. De vlinders komen zowel op licht als op smeer. Overdag worden ze soms rustend aangetroffen op een boomstam of een paaltje.
- Ga direct naar
- Levenscyclus
- Herkenning
- Foto's
- Habitat & Waardplanten
Verspreiding in Nederland
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Levenscyclus
Lichtgrijze uil
Rups: april-juni. De rups maakt een stevige cocon in de grond, waarin ongeveer een maand later de verpopping plaatsvindt. De soort overwintert als vlinder, verborgen achter losse boomschors of op een andere beschutte plaats. De paring vindt plaats in het voorjaar.
Herkenning
Kenmerken vlinder
Voorvleugellengte: 17-19 mm. De voorvleugel heeft een koele lichtgrijze grondkleur en diverse scherp afgetekende zwarte lijntjes en strepen. Een belangrijk kenmerk is de zwarte gebogen schouderstreep met aan het uiteinde een vertakking in de vorm van een gewei. In de zwartgerande binnenste lob van de niervlek ligt meestal een lichtbruine vlek. Ook langs de achterrand liggen vaak lichtbruine vlekjes. Op de bovenzijde van het borststuk is tussen de enigszins gepunte schouders een kuif zichtbaar. Er is weinig variatie, maar sommige exemplaren zijn iets donkerder grijs.
Gelijkende soorten vlinder
Zie de chi-uil (Antitype chi).
Foto's
Rups
Vlinder
Verspreiding
Zeldzaamheid
Vrij zeldzaam. Een soort die verspreid over het land af en toe wordt waargenomen; de meeste waarnemingen komen uit het zuiden van het land. RL: niet bedreigd.
België
In Vlaanderen zeldzaam, maar recent sterk toegenomen. Wijdverbreid ten oosten van de lijn Antwerpen-Brussel, (nog) zeer zeldzaam in Oost- en West-Vlaanderen. In Wallonië wijdverbreid in alle provincies. De soort staat op de Rode Lijst van Vlaanderen als Momenteel niet in Gevaar (Veraghtert et al. 2023).
Mondiaal
Noordwest-Afrika (Marokko), Zuid- en Midden-Europa, Voor-Azië. Naar het noorden tot Midden-Engeland, Denemarken, Zuid-Zweden en Zuid-Finland. In Azië naar het oosten tot het Amoergebied. Opgaven uit Japan betreffen andere soorten.