Bedreigd

Moeras-w-uil

Lacanobia splendens

moeras-w-uil

Vliegtijd & gedrag

Begin mei-eind augustus in één, soms twee generaties. De vlinders komen zowel op licht als op smeer en bezoeken bloemen.

Verspreiding

Levenscyclus

Moeras-w-uil

Rups: mei-september. De soort overwintert als pop in een cocon in de grond.

Verspreiding

Van het noorden van het Iberisch schiereiland via Midden-Europa en de gematigde zone tot Oost-Azië. Naar het noorden tot de kusten van de Noordzee en van de Oostzee en tot de Baltische staten. Naar het zuiden tot het noorden van het Middellandse Zeegebied, het Pontisch gebergte en Klein-Azië tot de Kaukasus en verder tot Midden-Azië.

Benaming

  • Duitse naam Feuchtwiesen-Kräutereule
  • Synoniemen Hadena splendens
    Diataraxia splendens
    Mamestra splendens

Meer over de naam

Toelichting Nederlandse naam
De w-uilen zijn Lacanobia-soorten en hebben tegen de achterrand van de voorvleugel een duidelijke w.Deze w-uil echter heeft geen w maar is wel een Lacanobia. Deze soort heeft moerassen en andere vochtige gebieden als habitat. Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam
Lacanobia: een foute schrijfwijze van lachanobia; lakhana is groenten en bioo is leven. Het oorspronkelijke genus was uitgebreider en omvatte ook een aantal groente-eters, zoals M. brassicae.

Auteursnaam en jaartal
(Hübner, 1808)

Trends

Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.

Herkenning

Voorvleugellengte: 17-20 mm. In tegenstelling tot de andere Lacanobia-soorten valt de W in de fijne geel- tot grijsachtige golflijn vaak niet erg op. De grondkleur van de voorvleugel is warmbruin, meestal met een vrij zware rood- tot rozeachtig bruine bestuiving; doorgaans is een duidelijke dunne middenschaduw aanwezig. De niervlek is meestal witachtig gevuld. De doorgaans zwakke centrale dwarslijnen zijn enigszins getand. Langs de binnenzijde van de golflijn ligt een donkere schaduw die gevolgd wordt door een vrij brede lichte zone.

Habitat

De Vlinderstichting beschermt al 40 jaar vlinders en libellen. Wij vinden dat zij overal waar ze in de natuur thuis horen ook daadwerkelijk moeten voorkomen.

Laagveen

Moerassen

Planten

Heelblaadje

Moerasvaren

Nachtschade

Wederik

Zuring

Meer uit dezelfde familie

Doe mee aan de tuinvlindertelling

Heb je een vlinder of libel gespot? Meld het ons! Jouw waarnemingen zijn waardevol voor het behoud van deze insecten. Samen kunnen we hun populaties in kaart brengen en beschermen. Ga naar onze website en deel jouw observaties. Help mee aan het behoud van deze prachtige dieren en draag bij aan de wetenschap van de biodiversiteit.

Waarneming melden