Ernstig bedreigd

Moerasbos-uil

Acronicta strigosa

moerasbos-uil

Vliegtijd & gedrag

Begin juni-begin augustus in één generatie. De vlinders komen op licht en op smeer; overdag worden ze soms rustend aangetroffen op een boomstam.

Verspreiding

Levenscyclus

Moerasbos-uil

Rups: juli-september. De soort overwintert als pop, soms in dood hout.

Verspreiding

In Europa lokaal verbreid. Naar het zuiden tot de Pyreneeën en via de zuidkant van de Alpen naar Slowakije en Noord-Griekenland. Naar het noorden tot Zuid-Engeland, Zuid-Denemarken, Zuid-Zweden, Zuid-Finland en Karelië tot de Oeral. Waarschijnlijk voorkomend in Klein-Azië (Hacker, 1989) want ook in de Kaukasus komt strigosa voor. Verder naar het oosten via Midden-Azië tot Noord-China, Korea en Japan.

Benaming

  • Engelse naam Marsh Dagger
  • Duitse naam Striemen-Rindeneule
  • Franse naam la Noctuelle grisette
  • Synoniemen Apatele strigosa
    Acronycta strigosa

Meer over de naam

Toelichting Nederlandse naam
Deze uil moet worden gezocht in vochtige gebieden, moerassen en uiterwaarden (met meidoornstruweel). Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam
Acronicta: akronux is het vallen van de avond. Waarschijnlijk heeft deze naam dezelfde strekking als Noctua, in de nacht. Dit genus heeft immers geen enkele binding met de avondschemering.strigosa: strigosus komt van striga is een groef, een rimpel, een lijn, naar de sterk ontwikkelde dolktekens op de voorvleugels verwijzend

Auteursnaam en jaartal
(Denis & Schiffermüller, 1775)

Trends

Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.

Herkenning

Voorvleugellengte: 13-15 mm. Deze kleine Acronicta-soort heeft een lichtbruine, enigszins grijs getinte voorvleugel. Karakteristiek zijn drie forse zwarte strepen in het doorgaans donkere gedeelte langs de binnenrand: een wortelstreep, een streep in het middenveld en een streep in de binnenrandhoek; deze strepen liggen ruwweg in het verlengde van elkaar.De buitenste dwarslijn is opvallend en gekarteld. In de niervlek en aan de onderrand van het borststuk is vaak een zalmkleurige tint aanwezig.

Habitat

De Vlinderstichting beschermt al 40 jaar vlinders en libellen. Wij vinden dat zij overal waar ze in de natuur thuis horen ook daadwerkelijk moeten voorkomen.

Akkerranden

Moerassen

Rivieroevers

Ruige graslanden

Uiterwaarden

Planten

Meidoorn

Sleedoorn

Meer uit dezelfde familie

Doe mee aan de tuinvlindertelling

Heb je een vlinder of libel gespot? Meld het ons! Jouw waarnemingen zijn waardevol voor het behoud van deze insecten. Samen kunnen we hun populaties in kaart brengen en beschermen. Ga naar onze website en deel jouw observaties. Help mee aan het behoud van deze prachtige dieren en draag bij aan de wetenschap van de biodiversiteit.

Waarneming melden