Vliegtijd & gedrag
Mei-oktober. De vlinders foerageren in het donker in vlucht op buisvormige bloemen zoals kamperfoelie en siertabak.
- Snel naar
- Waarnemingen
- Levenscyclus
Verspreiding
Levenscyclus
Oleanderpijlstaart
Rups: juli-september. Normaal slechts enkele rupsenwaarnemingen per jaar bekend, maar er zijn uitschieters zoals 2024. De soort is niet in staat om in Nederland te overwinteren omdat deze niet tegen vorst bestand is.

Rups

Cocon

Vlinder
Verspreiding
Tropisch Voor- en Zuid-Azië, Afrika (ontbreekt echter in grote delen van Noord-Afrika). In Europa alleen standvlinder in het zuidelijke Middellandse Zeegebied. Als zeer zeldzame trekker in heel Europa, noordelijk tot Groot-Britannië en Scandinavië.
Benaming
- Engelse naam Oleander Hawk-moth
- Duitse naam Oleanderschwärmer
- Franse naam le Sphinx du laurier-rose
- Synoniemen Deilephila nerii
Meer over de naam
Toelichting Nederlandse naam
Oleanderpijlstaart is een oude naam die ook al door Ter Haar in 'Onze Vlinders' wordt gebruikt. Pijlstaart verwijst naar het staartje of 'pijl' op het laatste segment van de rups.Oleander is de waardplant van deze soort. Meer over Nederlandse namen
Toelichting wetenschappelijke naam
Daphnis: Daphnis is een zoon van Hermes die een schaapherder op Sicilië werd en die geschoold was in muziek en poëzie.nerii: Nerium is het plantengeslacht oleander, de waardplant van deze soort.
Auteursnaam en jaartal
(Linnaeus, 1758)
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Herkenning
Voorvleugellengte: 48-51 mm. De sierlijk gebogen roomkleurige, rozeachtig bruine en paarsgetinte lijnen en banen op de voorvleugel en het borststuk zijn karakteristiek voor deze grote groene pijlstaart. Op het achterlijf bevinden zich witte banden.