Tijgerblauwtje

Lampides boeticus

Vliegtijd & gedrag

In Zuid-Europa vliegt de soort van februari tot november in meerdere generaties. De meeste Nederlandse waarnemingen vallen in de periode juli-september.

Tijgerblauwtje

Verspreiding in Nederland

Tijgerblauwtje

Trends

Onderstaande diagrammen tonen de veranderingen van de talrijkheid in de loop van de tijd. De gegevens zijn afkomstig uit het Landelijk Meetnet Vlinders (CBS / De Vlinderstichting) en de Nationale Databank Flora en Fauna.

Levenscyclus

Tijgerblauwtje

De rupsen leven in de bloemen en de vruchten van de waardplant. De soort overwintert als ei of als jonge rups. Uit Nederland zijn geen rupsenvondsten van deze soort bekend.

Herkenning

Kenmerken vlinder

Voorvleugellengte: circa 15 mm. De bovenkant van de vleugels is bij het mannetje violetblauw en bij het vrouwtje bruin met blauwviolette middencel. De grondkleur van de onderkant van de vleugels is lichtbruin met smalle witte dwarsstrepen en twee oogvlekken in de binnenrandhoek. Deze oogvlekken zijn zowel op de boven- als op de onderkant van de vleugel goed zichtbaar. Verse exemplaren hebben opvallend lange staartjes aan de achtervleugel, ter hoogte van de grootste oogvlek.

Foto's

Verspreiding

Zeldzaamheid

Een trekvlinder uit het zuiden die af en toe in Nederland wordt waargenomen. Tot 2000 waren er maar tien waarnemingen. In 2001 en 2006 zijn er relatief veel tijgerblauwtjes in ons land gezien. Daarna wordt het tijgerblauwtje bijna jaarlijks gezien, in sommige jaren met 5-10 exemplaren per jaar. Een deel van de waarnemingen is afkomstig van eitjes, rupsen of poppen die met sperzieboontjes of peultjes uit Afrika naar Nederland getransporteerd worden en hier uitkomen.

Mobiliteit

Het tijgerblauwtje staat bekend als een zeer mobiele vlinder die veelvuldig buiten het normale leefgebied wordt waargenomen. Zwervende individuen kunnen soms tijdelijke populaties vormen. Mogelijk zijn de vlinders die in Noordwest-Europa worden gevonden afkomstig van zulke tijdelijke populaties waardoor ze hier pas relatief laat in het jaar arriveren.

Europa

In Europa komt het tijgerblauwtje vooral voor in het gebied rondom de Middellandse Zee, maar ook in Midden-Frankrijk en Zwitserland. In België, Duitsland en Groot-Brittannië wordt hij alleen als zwerver gevonden. In 2014 heeft het tijgerblauwtje zich in Kent voortgeplant.

Mondiaal

Het tijgerblauwtje is een standvlinder in Afrika, Australië en grote delen van Azië.

Habitat

Warme onbeschaduwde plaatsen, waaronder steppeachtige graslanden, moestuinen, ruderale terreinen en moerassen.

Waardplant

Moerassen

Ruderale terreinen

Steppeachtige gebieden

Planten

Waardplanten: blazenstruik, kroonkruid en ook andere vlinderbloemigen.

Waardplant

Blazenstruik

Erwt

Benaming

  • Engelse naam Long-tailed Blue
  • Duitse naam Geschwänzter Blasenstrauchbläuling
    Hellgraue Holzeule
  • Franse naam l’Argus Porte-queue
  • Oud Nederlandse naam langstaartblauwtje
  • Synoniemen Cosmolyce boeticus

Meer over de naam

Toelichting Nederlandse naam

Toelichting wetenschappelijke naam
Lampides: lampas is een toorts en eidos is voorkomen, vorm. Dit slaat op de mooie, lange, pluimachtige schubben op de bovenzijde van het mannetje van L. boeticus.boeticus: Boetica is de Romeinse naam van een provincie in zuidelijk Spanje. De soort komt daar ook voor.

Auteursnaam en jaartal
(Linnaeus, 1767)

Meer uit dezelfde familie

Doe mee aan de tuinvlindertelling

Heb je een vlinder of libel gespot? Meld het ons! Jouw waarnemingen zijn waardevol voor het behoud van deze insecten. Samen kunnen we hun populaties in kaart brengen en beschermen. Ga naar onze website en deel jouw observaties. Help mee aan het behoud van deze prachtige dieren en draag bij aan de wetenschap van de biodiversiteit.

Waarneming melden