Tweekleurig hooibeestje

Coenonympha arcania

tweekleurig hooibeestje

Vliegtijd & gedrag

Begin juni-half juli in één generatie. De vlinders voeden zich met nectar van kruidachtige planten en met dauwwater.

Verspreiding

Levenscyclus

Tweekleurig hooibeestje

Rups: half juli-half juni. De soort overwintert als halfvolgroeide rups. De verpopping vindt plaats dicht bij de grond aan een gras- of plantenstengel. De eitjes worden afzonderlijk op de waardplant afgezet. Het vrouwtje heeft een voorkeur voor polletjes die groeien in een open vegetatie of bij kale grond.De rupsen groeien traag en overwinteren halfvolgroeid, diep verborgen in de graspol. De soort verpopt zich vlak bij de bodem aan stengeltjes van grassen of kruiden.De vlinders drinken nectar van kruiden maar kunnen ook op (dauw)water circa 10 dagen blijven leven. Het aantal individuen op de vliegplaatsen is vrij hoog, ca 64 individuen per hectare. De mannetjes vinden de vrouwtjes overwegend door patrouillevluchten.

Verspreiding

Het tweekleurig hooibeestje komt voor van Portugal tot de Oeral en Voor-Azië en van Zuid-Zweden tot Noord-Spanje, Zuid-Italië en Noord-Griekenland.

Benaming

  • Engelse naam Pearly Heath
  • Duitse naam Perlgrasfalter
    Weissbindiges Wiesenvögelchen
  • Franse naam Céphale
  • Oud Nederlandse naam parelgrashooibeestje
    parelgrasvlinder
  • Synoniemen Coenonympha cephalus

Meer over de naam

Toelichting Nederlandse naam

Toelichting wetenschappelijke naam
Coenonympha: koinos is gemeenschappelijk en numphe is nimf; Latreille deelde de Satyridae en de Nymphalidae in in een gemeenschappelijke groep.

Auteursnaam en jaartal
(Linnaeus, 1761)

Trends

Onderstaande diagrammen tonen de veranderingen van de talrijkheid in de loop van de tijd. De gegevens zijn afkomstig uit het Landelijk Meetnet Vlinders (CBS / De Vlinderstichting) en de Nationale Databank Flora en Fauna.

Herkenning

Voorvleugellengte: circa 18 mm. De bovenkant van de voorvleugel is oranje met een donkerbruine rand en de bovenkant van de achtervleugel is bruin. Op de onderkant van de achtervleugel bevindt zich een rij oogvlekken en een alleenstaande, bruingeringde oogvlek. Aan de buitenkant van de rij oogvlekken loopt een zilverkleurige streep, aan de binnenkant ligt een breed wit veld dat langer is dan de rij vlekken. Het mannetje is iets kleiner en heeft kortere en spitsere vleugels dan het vrouwtje.

Habitat

De Vlinderstichting beschermt al 40 jaar vlinders en libellen. Wij vinden dat zij overal waar ze in de natuur thuis horen ook daadwerkelijk moeten voorkomen.

Open plekken in het bos

Schrale graslanden

Planten

Beemdgras

Kortsteel

Parelgras

Struisgras

Witbol

Zwenkgras

Meer uit dezelfde familie

Doe mee aan de tuinvlindertelling

Heb je een vlinder of libel gespot? Meld het ons! Jouw waarnemingen zijn waardevol voor het behoud van deze insecten. Samen kunnen we hun populaties in kaart brengen en beschermen. Ga naar onze website en deel jouw observaties. Help mee aan het behoud van deze prachtige dieren en draag bij aan de wetenschap van de biodiversiteit.

Waarneming melden