Vliegtijd & gedrag
Eind februari-begin juni in één generatie. De vlinders komen zowel op licht als op smeer; ze bezoeken bloemen van sleedoorn en wilgenkatjes.
- Ga direct naar
- Levenscyclus
- Herkenning
- Foto's
- Habitat & Waardplanten
Verspreiding in Nederland
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Levenscyclus
Tweestreepvoorjaarsuil
Rups: april-juni. De rupsen leven eerst in de zich ontwikkelende knoppen van de waardplant, daarna in samengesponnen uitlopers of bladeren; grotere rupsen verbergen zich overdag in de strooisellaag. De soort overwintert als pop in een cocon in de grond.
Herkenning
Kenmerken vlinder
Voorvleugellengte: 13-17 mm. Deze Orthosia-soort is te herkennen aan de afgeronde voorvleugelpunt, de opvallende licht omlijnde, grote ringvlek en brede niervlek en de gelijkmatig grijze achtervleugel. Ook de lichte, aan de binnenzijde iets donker afgezette golflijn op de voorvleugel valt op. De zeer variabele bruine grondkleur loopt uiteen van licht zandkleurig bruin via warmbruin en oranjeachtig of grijsachtig bruin tot zwartachtig bruin. Soms is een lichte tapvlek aanwezig.
Kenmerken rups
Tot 40 mm; plomp; lichaam groen met geelachtig witte spikkels en geelachtige ringen tussen de segmenten; over de rug een geelachtig witte middenstreep en een kleine identieke lengtestreep over de spiracula; achter de kop en op de rugzijde van het elfde segment opvallende gele dwarsbanden; kop licht bruinachtig groen.
Gelijkende soorten vlinder
De kleine voorjaarsuil (O. cruda) is doorgaans kleiner, heeft een smalle niervlek en een minder opvallende golflijn die nooit donker is afgezet. De eikenvoorjaarsuil (O. miniosa) heeft een warm oranjebruine middenband, een rozeachtig witte achtervleugel en mist de opvallende, regelmatige golflijn. De sierlijke voorjaarsuil (O. gracilis) is groter en heeft een spitsere vleugelpunt; de voor deze soort typische zwarte spikkeling ontbreekt bij tweestreepvoorjaarsuil. Zie ook de roodbruine herfstuil (Agrochola nitida).Sommige stofuilen hebben een vergelijkbare tekening, maar zijn duidelijk kleiner en missen de opvallende golflijn; bovendien overlapt de vliegtijd weinig.
Gelijkende soorten rups
Sierlijke voorjaarsuil (Orthosia gracilis), variabele voorjaarsuil (Orthosia incerta), nunvlinder (Orthosia gothica), katwilguiltje (Brachylomia viminalis), bruine essenuil (Lithophane semibrunnea), gageluil (Lithophane lamda), eikenuiltje (Dryobotodes eremita), hyena (Cosmia trapezina), roestuil (Mniotype satura), gele granietuil (Polymixis flavicincta) en maanuiltje (Cosmia pyralina). N.B.: vergelijk behalve de uiterlijke kenmerken ook de tijd van het jaar waarin de rupsen voorkomen, het habitat en de waardplant(en).
Foto's
Ei-afzet
Rups
Cocon
Vlinder
Verspreiding
Zeldzaamheid
Zeer algemeen. Komt verspreid over het hele land voor. RL: niet bedreigd.
België
Algemeen in het hele land. Lokaal soms talrijk. De soort staat op de Rode Lijst van Vlaanderen als Momenteel niet in Gevaar (Veraghtert et al. 2023).
Mondiaal
Het Iberisch schiereiland en heel Europa tot Oost-Azië. In het noorden tot Zuid-Scandinavië. In het zuiden het Middellandse Zeegebied en tot Klein- en Voor-Azië.