Vliegtijd & gedrag
Half juni-eind september in één generatie. De vlinders zitten overdag tussen de vegetatie verscholen en bezoeken ´s nachts helmgras en bloemen van onder andere kruiskruid en struikhei. Ze komen op smeer en op licht.
- Snel naar
- Waarnemingen
- Levenscyclus
Verspreiding
Levenscyclus
Variabele worteluil
Rups: september-juni. De rupsen foerageren ´s nachts en verbergen zich overdag in de grond vlak bij de waardplant. De verpopping vindt plaats in een ovale cocon diep in de grond. De soort overwintert als jonge rups.

Vlinder
Verspreiding
Heeft in Europa een voorkeur voor de kustgebieden, maar vliegt in het oostelijk deel van het verspreidingsgebied in het binnenland. Verbreid in noordelijk Midden-Europa vanaf Ierland en Engeland in een brede band van Noord-Frankrijk tot aan Midden-Noorwegen oostwaarts via voormalig Rusland tot aan Centraal-Siberië, Mongolië en Tibet. Ook bekend van Afghanistan.
Benaming
- Engelse naam Coast Dart
- Duitse naam Kletteneule
- Synoniemen Agrotis cursoria
Meer over de naam
Toelichting Nederlandse naam
De Agrotis- en Euxoa-soorten werden samengevoegd onder de groepsnaam worteluil. De rupsen hebben een relatie met plantenwortels.Deze worteluil is zeer variabel en dus soms moeilijk op naam te brengen. Meer over Nederlandse namen
Toelichting wetenschappelijke naam
Euxoa: euxoos is goed gepoetst; dit zou naar de achtervleugel verwijzen.cursoria: cursorius is behorend bij een wedstrijdbaan. Wedstrijden werden gehouden in een arena (arena is zand) en dat verschaft wellicht een zijdelings verband op met zandduinen, het habitat van deze soort.
Auteursnaam en jaartal
(Hufnagel, 1766)
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Herkenning
Voorvleugellengte: 14-18 mm. Een zeer variabele soort. De grondkleur van de voorvleugel varieert van strokleurig met wit tot donkergrijs met bruin; vaak is er een zandkleurige tint aanwezig. De voorvleugel heeft meestal een lichte strook langs de voorrand met daarnaast een donker, soms zwart wigvormig vlak dat vaak begrensd wordt door een wit bestoven ader. Tussen de grote vervormde niervlek en de achterrand van de vleugel is een vage band zichtbaar.