Vliegtijd & gedrag
Eind april-september in twee generaties; de tweede generatie is partieel. De vlinders vliegen vanaf de schemering, bezoeken bloemen en komen op licht.
- Snel naar
- Waarnemingen
- Levenscyclus
Verspreiding
Levenscyclus
Walstropijlstaart
Rups: juli-september. De rupsen zonnen graag. De soort overwintert als pop in de grond. Waarschijnlijk kan deze soort de natte winters in Nederland niet overleven.

Rups

Cocon

Vlinder

Museum
Verspreiding
In Midden- en Noord-Europa tot voorbij de poolcirkel, maar in dat hoge noorden vooral als trekvlinder. In Duisland populaties standvlinders in het midden en noorden. In Zuid-Europa alleen in Noord-Spanje en Midden-Italië en op de Balkan, maar niet in Albanië en niet in Griekenland. In Klein-Azië langs de kust van de Zwarte Zee en in de Kaukasus en verder via de gematigde (Aziatische) zone (Himalaya) tot Japan. Ook in Noord-Amerika.
Benaming
- Engelse naam Bedstraw Hawk-moth
- Duitse naam Labkrautschwärmer
- Franse naam le Sphinx de la garance
-
Synoniemen
Celerio gallii
Spectrum gallii
Hyles galii
Celerio galii
Deilephila galii
Meer over de naam
Toelichting Nederlandse naam
Walstropijlstaart is een oude naam die ook al door Ter Haar in 'Onze Vlinders' wordt gebruikt. Pijlstaart verwijst naar het staartje of 'pijl' op het laatste segment van de rups. In ons land is walstro een waardplant van deze soort maar wilgenroosje is de belangrijkste. Meer over Nederlandse namen
Toelichting wetenschappelijke naam
Hyles: Hyles was een van de Centauren, een woest ras, half man half paard; zij werden verondersteld te leven in Thessaly.gallii: gallii is een verschrijving van galii dat komt van Galium, het plantengeslacht walstro, dat van de waardplant.
Auteursnaam en jaartal
(Rottemburg, 1775)
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Herkenning
Voorvleugellengte: 34-38 mm. Een donker olijfgroene pijlstaart met een lichte, enigszins geelachtige, diagonale baan, waarvan de uitlopers de voorrand nooit raken. Op de voorvleugel zijn de aders meestal flauw zichtbaar als donkere dunne lijnen.