Vliegtijd & gedrag
Half april-eind augustus in twee generaties. De vlinders komen op licht.
- Snel naar
- Waarnemingen
- Levenscyclus
Verspreiding
Levenscyclus
Wilgenhermelijnvlinder
Rups: juni-september. De soort overwintert als pop in een stevige cocon tegen de bast van de waardplant.

Rups

Cocon

Vlinder
Verspreiding
Van het Iberisch schiereiland en de Noord-Afrikaanse kustlanden via heel Europa, inclusief de Britse eilanden, tot Siberië (Bajkalmeer). In het zuiden het hele Middellandse Zeegebied tot Turkije en de Kaukasus. Het grootste deel van Scandinavië hoort ook bij het areaal, zelfs nog boven de poolcirkel.
Benaming
- Engelse naam Poplar Kitten
- Duitse naam Kleiner Gabelschwanz
-
Franse naam
la Petit queue fourchue
la Dicranoure bifide -
Oud Nederlandse naam
kleine hermelijnvlinder
tweestaart -
Synoniemen
Harpyia bifida
Cerura bifida
Furcula hermelina
Meer over de naam
Toelichting Nederlandse naam
Een van de waardplanten, niet de enige en waarschijnlijk ook niet de belangrijkste, van de wilgenhermelijnvlinder is de wilg.Voor een toelichting op de relatie met het zoogdiertje hermelijn zie Cerura erminea. Meer over Nederlandse namen
Toelichting wetenschappelijke naam
Furcula: furcula is een vorkje, naar de twee anale aanhangsels van de rups.bifida: bifidus is gespleten in twee delen, naar de anale sprieten van de rups.
Auteursnaam en jaartal
(Brahm, 1787)
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Herkenning
Voorvleugellengte: 16-22 mm. Een wittige tandvlinder met op de voorvleugel een grove zwarte bestuiving en een brede grijze middenband, afgezet met dikke zwarte randen. De buitenrand van de middenband is meestal vloeiend, licht gebogen en bij de voorrand extra dik.