Wilgenhoutrups

Cossus cossus

wilgenhoutrups

Vliegtijd & gedrag

Eind april-begin augustus in één generatie. Zowel de mannetjes als de vrouwtjes komen op licht. De vrouwtjes worden soms ook aangetrokken door op bomen aangebrachte smeer. Aangezien ze geen voedsel kunnen opnemen, houden ze de geur waarschijnlijk voor plekken met lekkend sap die zijn ontstaan bij beschadigingen door rupsen: een geschikte plaats om eieren af te zetten.

Verspreiding

Levenscyclus

Wilgenhoutrups

Rups: juli-mei van het derde tot vijfde jaar. De rups leeft onder de schors en in het hout van de waardplant en overwintert twee- tot viermaal; soms vindt de laatste overwintering plaats in een cocon. De rupsengaten zitten laag in de stam (maximaal 1 à 1,5 m boven de grond) en zijn te herkennen aan de aanwezigheid van houtpoeder en de zure geur die de rupsen afscheiden. Soms worden de grote, glimmende en van boven purperrode rupsen kruipend aangetroffen op zoek naar een geschikte plaats om zich buiten de boom te verpoppen (bekijk een filmpje). De eieren worden in groepjes afgezet in bastspleten, vaak in de buurt van oude uitkruipgaten van rupsen of van andere beschadigingen.

Verspreiding

Van Noord-Afrika via Europa inclusief Engeland, Corsica, Sardinië en Sicilië tot het westen van Azië, in het zuiden tot voorbij de Kapische Zee. Niet op Kreta. In Klein-Azië, Iran en Afganistan leven aparte ondersoorten. In China en Japan komt de nabije verwant orientalis (Gaede, 1929) voor.

Benaming

  • Engelse naam Goat Moth
  • Duitse naam Weidenbohrer
  • Franse naam le Cossus gâte-bois
  • Oud Nederlandse naam wilgenhoutrupsvlinder
    wilgenhoutvlinder
  • Synoniemen Trypanus cossus
    Cossus ligniperda

Meer over de naam

Toelichting Nederlandse naam
Wilgenhoutrups is een al lang bestaande naam die al gebruikt wordt door Ter Haar in 'Onze vlinders'. De rups leeft in het hout van o.m. wilgen. Meer over Nederlandse namen Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam
Cossus: cossus was bij de Romeinen een rups die werd gevonden onder de bast van bomen en die door Romeinen werd gegeten. Dit wil nog niet zeggen dat de rups van de wilgenhoutrups werd gegeten; mogelijk gaat het hier om de larve van een kever (Lucanus cervus).cossus: zie hiervoor

Auteursnaam en jaartal
(Linnaeus, 1758)

Trends

Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.

Herkenning

Voorvleugellengte: 32-42 mm. Een grote, fors gebouwde houtboorder met een zilverachtig grijsbruine voorvleugel. De vele donkere, grillig vertakte dwarslijntjes op de vleugel lijken net scheurtjes in een boomschors. In rust staat de vlinder hoog op de poten en blijft het borststuk vrij van de grond.

Habitat

De Vlinderstichting beschermt al 40 jaar vlinders en libellen. Wij vinden dat zij overal waar ze in de natuur thuis horen ook daadwerkelijk moeten voorkomen.

Bosranden

Graslanden

Moerassen

Rivieroevers

Struwelen

Tuinen

Planten

Berk

Eik

Els

Populier

Wilg

Meer uit dezelfde familie

Doe mee aan de tuinvlindertelling

Heb je een vlinder of libel gespot? Meld het ons! Jouw waarnemingen zijn waardevol voor het behoud van deze insecten. Samen kunnen we hun populaties in kaart brengen en beschermen. Ga naar onze website en deel jouw observaties. Help mee aan het behoud van deze prachtige dieren en draag bij aan de wetenschap van de biodiversiteit.

Waarneming melden