Vliegtijd & gedrag
Half april-half oktober in twee of drie generaties. De vlinders komen zowel op licht als op smeer en bezoeken bloemen.
- Snel naar
- Waarnemingen
- Levenscyclus
Verspreiding
Levenscyclus
Zuringuil
Rups: juni-oktober. De soort overwintert als pop in een cocon in de strooisellaag.

Rups

Cocon

Vlinder
Verspreiding
Van Noordwest-Afrika (Marokko, Algerije, Tunesië), dwars door heel Europa tot in het noorden Midden-Scandinavië. Naar het oosten via Klein- en Voor-Azië en via Midden- en Noord-Azië tot China, Korea en Japan.
Benaming
- Engelse naam Knot Grass
- Duitse naam Ampfer-Rindeneule
-
Franse naam
la Cendrée noirâtre
la Noctuelle de la patience -
Synoniemen
Apatele rumicis
Acronycta rumicis
Meer over de naam
Toelichting Nederlandse naam
Zuringuil is een al lang bestaande naam die al gebruikt wordt door Ter Haar in 'Onze vlinders' (begin vorige eeuw).Zuring is een belangrijke waardplant van deze soort. Zie ook bij 'toelichting wetenschappelijke naam'. Meer over Nederlandse namen
Toelichting wetenschappelijke naam
Acronicta: akronux is het vallen van de avond. Waarschijnlijk heeft deze naam dezelfde strekking als Noctua, in de nacht. Dit genus heeft immers geen enkele binding met de avondschemering.rumicis: Rumex is het plantengeslacht zuring, een van de voedselplanten die door Linnaeus werden vermeld.
Auteursnaam en jaartal
(Linnaeus, 1758)
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Herkenning
Voorvleugellengte: 16-20 mm. Deze Acronicta-soort heeft een vrij smalle grijze voorvleugel met een tamelijk grof uiterlijk. De vleugel is onregelmatig zwart bespikkeld en heeft een onduidelijke zwartachtige tekening. Karakteristiek is het opvallende krijtwitte vlekje langs de binnenrand, dat soms uit twee afzonderlijke vlekjes bestaat. De onderbroken golflijn is witachtig en valt meestal goed op. De hoeveelheid zwart is variabel. De achtervleugel is grijsachtig bruin.