Zwart beertje

Atolmis rubricollis

zwart beertje

Vliegtijd & gedrag

Half mei-half juli in één generatie. De vlinders vliegen op warme zonnige dagen, soms in grote aantallen, rond de toppen van eiken of naaldbomen. Ze rusten op het blad van struiken en komen op licht.

Verspreiding

Levenscyclus

Zwart beertje

Rups: augustus-oktober. De soort overwintert als pop in een zijden cocon onder mos in de strooisellaag.

Verspreiding

Van het noorden van het Iberisch schiereiland en West-Europa, inclusief de Britse eilanden, naar het oosten via de gematigde zone tot in het Amoergebied. Naar het zuiden tot het noordelijk Middellandse Zeegebied inclusief Italië en Sicilië tot de Zwarte Zee. Naar het noorden tot in Zuid-Scandinavië.

Benaming

  • Engelse naam Red-necked Footman
  • Duitse naam Rotkragen-Flechtenbärchen
  • Franse naam la Veuve
    le Collier rouge
  • Oud Nederlandse naam roodhalsbeer
    roodkraagje
  • Synoniemen Gnophria rubricollis
    Lithosia rubricollis

Meer over de naam

Toelichting Nederlandse naam
De aanduiding beertje heeft deze soort gemeen met de kleinere soorten uit de familie van de beervlinders (Arctiidae). De naam beervlinders heeft deze familie te danken aan het uiterlijk van de rupsen die dicht behaard zijn en daardoor aan een beer doen denken. Alle beertjes hebben een geelachtige of grijsachtige grondkleur maar dit beertje is uitgesproken zwart (met een mooi rood kraagje). Meer over Nederlandse namen

Toelichting wetenschappelijke naam
Atolmis: atolmia is gebrek aan moed. Macleod's uitleg dat dit betrekking heeft op de rups die zich overdag verschuilt in de bast van bomen is mogelijk juist, als tenminste Hübner kennis had van de levenscyclus van deze soort.rubricollis: ruber is rood en collum is de nek; naar de rode kraag vlak achter de kop van de vlinder.

Auteursnaam en jaartal
(Linnaeus, 1758)

Trends

Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.

Herkenning

Voorvleugellengte: 15-18 mm. Het enige beertje met effen zwarte, bij verse vlinders fluweelachtige, vleugels en een rode kraag. Afgevlogen exemplaren zijn meer bruinachtig zwart. Het achterlijf is oranjegeel met uitzondering van het voorste deel aan de bovenkant.

Habitat

De Vlinderstichting beschermt al 40 jaar vlinders en libellen. Wij vinden dat zij overal waar ze in de natuur thuis horen ook daadwerkelijk moeten voorkomen.

Heiden

Loofbossen

Naaldbossen

Stedelijke omgeving

Planten

Bladmos

Gewoon korstmos

Meer uit dezelfde familie

Doe mee aan de tuinvlindertelling

Heb je een vlinder of libel gespot? Meld het ons! Jouw waarnemingen zijn waardevol voor het behoud van deze insecten. Samen kunnen we hun populaties in kaart brengen en beschermen. Ga naar onze website en deel jouw observaties. Help mee aan het behoud van deze prachtige dieren en draag bij aan de wetenschap van de biodiversiteit.

Waarneming melden