Vliegtijd & gedrag
Half februari-november in drie, soms vier generaties. De vlinders zijn overdag gemakkelijk te verstoren en vliegen soms bij zonnig weer, maar zijn vooral in de schemering actief. Ze bezoeken bloemen en komen op licht. Op heidevelden zijn ´s nachts soms parende vlinders te vinden boven in de heiplanten. Deze soort wordt ook vaak binnenshuis aangetroffen.
- Ga direct naar
- Levenscyclus
- Herkenning
- Foto's
- Habitat & Waardplanten
Verspreiding in Nederland
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Levenscyclus
Zwartkamdwergspanner
Rups: mei-eind november. De soort overwintert als pop in de strooisellaag.
Herkenning
Kenmerken vlinder
Voorvleugellengte: 8-10 mm. Een kleine spanner met vrij spitse vleugels; vlinders van latere generaties zijn vaak kleiner dan die van de eerste generatie. Sommige exemplaren hebben een opvallende roodachtige tekening langs de randen van de bruinachtige of witachtige voorvleugel, anderen zijn meer egaal roodachtig. Opvallend zijn de lichte, zwartgerande centrale dwarslijnen op de voorvleugel. Karakteristiek is dat het zwart van de buitenste dwarslijn, gerekend vanaf de voorrand van de vleugel, halverwege afzwakt en het patroon van een naar binnen wijzend kammetje heeft, dat zelfs bij sterk afgevlogen exemplaren vaak nog zichtbaar is. Sterk getekende vlinders hebben in de vleugelpunt vaak zwarte vlekken.
Kenmerken rups
Tot 17 mm; zeer variabel, de grondkleur varieert van witachtig tot geelachtig groen, bruin, rood of purperachtig roze, gewoonlijk met over de rug een lichte middenstreep, waarin een rij donkere chevronvormige of driehoekige vlekken; kop geelachtig bruin.
Gelijkende soorten rups
Zwartvlekdwergspanner (Eupithecia centaureata), heidedwergspanner (Eupithecia satyrata), egale dwergspanner (Eupithecia absinthiata), schermbloemdwergspanner (Eupithecia tripunctaria), smalvleugeldwergspanner (Eupithecia nanata), jeneverbesdwergspanner (Eupithecia pusillata), v-dwergspanner (Chloroclystis v-ata), guldenroededwergspanner (Eupithecia virgaureata), voorjaarsdwergspanner (Eupithecia abbreviata), eikendwergspanner (Eupithecia dodoneata), vingerhoedskruiddwergspanner (Eupithecia pulchellata) en beverneldwergspanner (Eupithecia pimpinellata). N.B.: vergelijk behalve de uiterlijke kenmerken ook de tijd van het jaar waarin de rupsen voorkomen, het habitat en de waardplant(en).
Foto's
Rups
Vlinder
Verspreiding
Zeldzaamheid
Zeer algemeen. Komt verspreid over het hele land voor. RL: niet bedreigd.
België
Algemeen in het hele land. De soort staat op de Rode Lijst van Vlaanderen als Momenteel niet in Gevaar (Veraghtert et al. 2023).
Mondiaal
Van het Iberisch Schiereiland via West- en Midden-Europa inclusief de Britse eilanden tot Rusland; in het noorden tot in Midden-Scandinavië. Het zwaartepunt ligt in het Middellandse Zeegebied. Van hieruit naar Klein-Azië, het Zwarte Zeegebied tot in westelijk Centraal-Azië. Ook in Noord-Afrika, op de Canarische eilanden en op Madeira. In het zuiden op veel plaatsen de gewoonste vlinder, in het Middellandse Zeegebied ziet men hem overal (Dietze 1913).