Vliegtijd & gedrag
Begin mei-eind juli in één generatie. Op warme dagen vliegen de mannetjes rond naaldbomen, vooral volgroeide dennen. Zowel mannetjes als vrouwtjes kunnen uit de takken worden geklopt en komen op licht, de mannetjes soms in redelijke aantallen.
- Ga direct naar
- Levenscyclus
- Herkenning
- Foto's
- Habitat & Waardplanten
Verspreiding in Nederland
Trends
Onderstaande grafieken tonen de verandering in de talrijkheid van de soort in de loop van de tijd.De eerste grafiek geeft het verloop over de hele periode waarvan we waarnemingen hebben.Omdat de oude gegevens vaak niet erg nauwkeurig zijn (geen aantallen) en incompleet (nadruk op zeldzame soorten) worh3 hier de presentie afgebeeld.De tweede grafiek laat het verloop zien van de prestatie van de soort in de laatste dertig jaar.Wat presentie en prestatie precies zijn, en hoe ze worden berekend kunt u lezen op de pagina De berekeningen.
Levenscyclus
Dennenspanner
Rups: juli-oktober. De soort overwintert als pop tussen afgevallen naalden op de grond of in de strooisellaag.
Herkenning
Kenmerken vlinder
Voorvleugellengte: 17-19 mm. Bij het mannetje is de bovenkant van de voorvleugel zwartbruin langs de omtrek en in de vleugelpunt; het binnenste deel van de vleugel is witachtig geel. Bij het vrouwtje zijn de randen en de vleugelpunt middelbruin en is het binnenste deel van de vleugel lichtbruin. Net als een dagvlinder houdt deze soort de vleugels in rust tegen elkaar boven het lichaam, waarbij de witachtige streep en de donkere dwarslijnen op de onderzijde van de achtervleugel opvallen. Bij het mannetje zijn de antennen geveerd, bij het vrouwtje niet.
Kenmerken rups
Tot 30 mm; lichaam helder groen met over de rug een brede, zwartgezoomde, witte middenstreep en een gele, met donkergroen gezoomde lengtestreep op de flanken; kop groen.
Gelijkende soorten rups
Hoekbanddennenspanner (Pennithera firmata), sparspanner (Thera variata), schijn-sparspanner (Thera britannica), naaldboomspanner (Thera obeliscata), jeneverbesspanner (Thera juniperata), streepjesdwergspanner (Eupithecia intricata), lariksdwergspanner (Eupithecia lariciata), dennenbandspanner (Pungeleria capreolaria), lariksspanner (Macaria signaria) en gerimpelde spanner (Macaria liturata). N.B.: vergelijk behalve de uiterlijke kenmerken ook de tijd van het jaar waarin de rupsen voorkomen, het habitat en de waardplant(en).
Foto's
Ei-afzet
Rups
Cocon
Vlinder
Verspreiding
Zeldzaamheid
Algemeen. Komt vooral voor op de zandgronden in het binnenland en in de duinen; daarbuiten wordt de soort ook af en toe waargenomen. RL: niet bedreigd.
België
Vrij algemeen in het hele land; lokaal talrijk. De soort staat op de Rode Lijst van Vlaanderen als Momenteel niet in Gevaar (Veraghtert et al. 2023).
Mondiaal
Verbreid in heel Europa. Van de Britse eilanden tot Siberië; in het zuiden: van het marokkaanse Rifgebergte en het Iberisch Schiereiland via het Middellandse Zeegebied, de Balkanlanden en Klein-Azië tot de Kaukasus, in het noorden tot boven de poolcirkel.