Normaal gesproken dient de vlinderstruik rond het einde van maart gesnoeid te worden. Maar de temperaturen zijn nu hoger dan gemiddeld en de natuur wordt ‘wakker’. Moet je dan eerder snoeien?
Veel vlinderliefhebbers hebben hem in de tuin: de vlinderstruik (buddleija). Deze zomerbloeier bloeit en geeft veel nectar. Vlinders zijn er dan ook dol op! Om te zorgen dat hij blijft bloeien en niet ‘stakerig’ wordt is het raadzaam om in het voorjaar te snoeien.
Eerder snoeien?
Normaal gesproken snoei je in het voorjaar de struik radicaal terug tot twee derde. Dan bloeit hij van hoogzomer tot het vroege najaar, net als er de meeste vlinders zijn. Maar moet je niet eerder snoeien, nu de temperaturen eind februari al zo hoog zijn?
Kans op vorst
Vlinderstruiken zijn veel minder bestand tegen vorst als je ze snoeit, en de ‘r’ is nog lang niet uit de maand. Het zou niet de eerste keer zijn dat in april alsnog alles kapot vriest. Het is dus raadzaam om nog even te wachten. Je kunt ook kiezen voor de gulden middenweg en een deel van je struiken wel snoeien, en een deel niet. Dan krijg je ook meteen meer spreiding in de bloei.
Snoeitips
Vlinderstruiken blijven bloemrijk als ze regelmatig worden teruggesnoeid. Jaarlijks of om het jaar snoeien zorgt ervoor dat je vlinderstruik compact en sterk blijft.
- Wacht met snoeien tot de ergste nachtvorst voorbij is: meestal in maart of april
- Snoei tot ongeveer 40 centimeter van de grond
- Gebruik een snoeischaar met een ‘aambeeld’, een platte onderkant
- Voor dikke takken kan je ook een takkenschaar gebruiken
- Wees niet bang om rigoureus te werk gaan: een vlinderstruik loopt altijd weer uit!
Heb je twee vlinderstruiken, die ongeveer tegelijkertijd bloeien? Dan kun je één struik het ene jaar snoeien en de andere het eropvolgende jaar. Het gesnoeide exemplaar zal later bloeien dan het niet gesnoeide. Zo geniet je langer van bloemen en vlinders.
Wat is de beste vlinderstruik?
Van vlinderstruiken zijn vele cultivars te krijgen, die verschillen in hoogte en bloemkleur. Van zwartpaarse bloempluimen tot lilapaars, geel of wit. Vlinders hebben geen voorkeur voor kleur. Zij volgen hun neus en kiezen de struik met de meeste nectar. Vaak is dat een struik die in de zon staat, of die veel water krijgt. Kortom: kies de kleur die je zelf mooi vindt en zorg voor de goede standplaats. Dan komen de vlinders vanzelf!
Meer vlinderplanten