“De zon schijnt volop en de tuin staat vol vlinderplanten, maar waar zijn de vlinders?” Een veel gestelde bij De Vlinderstichting in de periode eind mei en begin juni. Deze wordt al jaren de ‘junidip’ genoemd: de voorjaarsvlinders zijn klaar met vliegen en de zomervlinders zijn er nog niet.
“Alle vlinders die in het voorjaar vlogen, hebben eitjes gelegd. De rupsen doen zich nu tegoed aan het vele groen. Hun ouders, de vlinders, zijn dood. Over een paar weken gaan de rupsen verpoppen: in in juli zien we dan weer volop vlinders vliegen!”
Weinig vlinders in juni: heel normaal!
Citroenvlinder, kleine vos, dagpauwoog en gehakkelde aurelia: in het voorjaar zagen we ze volop. Maar in juni zijn ze allemaal weg. Hoe mooi het weer dan ook is, je ziet maar erg weinig vlinders. De levenscyclus van vlinders geeft het antwoord: al zie je weinig vlinders, er zijn wel veel rupsen. De voorjaarsvlinders zijn dood en de rupsen moeten zich nog verpoppen. Met name in de tuin in het dan stil.
Meer over rupsen